Fotograferen met hoge snelheid (continu-opnamestand)
Gebruik deze stand voor het vastleggen van de details van een bewegend onderwerp
door een continue reeks opnamen te maken.
• Scherpstelling, belichting en witbalans worden vastgezet op de waarden van de
eerste opname in elke reeks.
1
Draai de keuzeknop naar
C (continu).
De camera wordt nu in de
continu-opnamestand gezet.
2
Druk op de knop d en bevestig of wijzig de
instellingen in het menu voor continu-opname.
Zie "Menu voor continu-opname" (A 82) voor meer
informatie.
Druk op de knop d nadat u de instellingen hebt gewijzigd
en ga terug naar het opnamescherm.
3
Kadreer het onderwerp en druk af.
Wanneer de camera een menselijk gezicht herkent, stelt deze
standaard scherp op dat gezicht (zie "Gezichtsherkenning"
(A 56) voor meer informatie). Als de camera geen gezichten
detecteert, kiest deze automatisch het scherpstelveld
(maximaal negen velden) met het onderwerp dat zich het
dichtst bij de camera bevindt.
Druk de ontspanknop half in om de scherpstelling en de belichting te vergrendelen.
Als Continu H, Continu L, Vooropnamecache of BSS is geselecteerd in het menu voor
continu-opname, wordt het aantal beelden dat is bepaald door de instelling vastgelegd als de
ontspanknop helemaal wordt ingedrukt.
Als Continu H: 120 bps, Continu H: 60 bps of Multi-shot 16 is geselecteerd in het menu
voor continu-opname, wordt het aantal beelden dat is bepaald door de instelling vastgelegd
als de ontspanknop helemaal wordt ingedrukt. De ontspanknop hoeft niet ingedrukt te
worden gehouden.
Nadat een opname is gemaakt, gaat de camera terug naar het opnamescherm. Schakel de
camera niet uit als O wordt weergegeven.
80
2 5 2 5
Continu
Beeldmodus
Witbalans
Lichtmeting
Continu
ISO-waarde
AF-veldstand
Autofocus-stand
2 5 2 5