Helderheid (belichtingscompensatie), levendigheid en kleurtoon aanpassen
4
Druk nadat de aanpassing is voltooid op J of
K om y te selecteren en druk vervolgens op de
knop k.
Als op de knop k wordt gedrukt (behalve wanneer P is
geselecteerd) of de ontspanknop wordt ingedrukt in stap 3,
wordt de geselecteerde hoeveelheid effect toegepast. Als het
effect wordt toegepast, gaat de camera terug naar het
opnamescherm.
Als de helderheid is aangepast, worden H en de
compensatiewaarde weergegeven.
Als de levendigheid is aangepast, wordt a weergegeven.
Als de kleurtoon is aangepast, wordt b weergegeven.
5
Druk de ontspanknop in om een opname te maken.
C
Instellingen van creatieve instelknop
De stand A (auto) en de continu-opnamestand delen dezelfde instellingen voor helderheid
(belichtingscompensatie), levendigheid en kleurtoon. Deze instellingen worden opgeslagen in het
geheugen van de camera, zelfs als de camera wordt uitgeschakeld.
42
+0.3
+0.3
Sluiten
+0.3
+0.3
2 5 2 5