pH meten
Verwijder de beschermkap van de pH-elektrode en dompel de punt onder (ca. 4 cm) in
het te testen monster. Druk indien nodig op RANGE totdat het pH-bereik weergegeven
wordt. Gebruik de MODE-toets om de pH-resolutie te kiezen. Wacht tot een stabiele meting
verkregen wordt (zandlopersymbool gaat uit). Op het pH-scherm wordt weergegeven:
• pH -meetwaarde met de geselecteerde resolutie
• Temperatuurmetingen in de geselecteerde eenheid (°C of °F)
• Temperatuurcompensatie (MTC - handmatig, ATC - automatisch), in de MTC-modus kan de temperatuur
handmatig worden gewijzigd met behulp van de pijltoetsen
• De buffers gebruikt in de laatste pH-kalibratie (indien functie is ingeschakeld in SETUP).
• Indicatie batterijniveau
• Functietoetsen volgens model
Om accurater pH te meten, zorg dat het instrument gekalibreerd is.
Het wordt aanbevolen de elektrode altijd vochtig te houden en grondig te spoelen met het monster voor
gebruik.
De pH-waarde wordt direct beïnvloed door de temperatuur. Voor nauwkeurige pH-metingen moet de tempe-
ratuur in aanmerking worden genomen. Als de monstertemperatuur verschilt van de temperatuur waarbij de
pH-elektrode bewaard werd, wacht dan een paar minuten om thermisch evenwicht te bereiken.
Om automatische temperatuurcompensatie te gebruiken, dompel de temperatuursonde in het monster zo
dicht mogelijk bij de elektrode, en wacht een paar seconden.
Als handmatige temperatuurcompensatie (MTC) gewenst is, moet de temperatuursensor worden losgekop-
peld van het instrument (enkel HI981914). Op het scherm verschijnt de standaard temperatuur van 25 °C,
de laatst gemeten temperatuur, of de laatste ingestelde temperatuur, met de MTC-indicatie. De MTC-indica-
tie en het symbool lichten op om aan te geven dat het instrument in MTC-modus is en de pijltoetsen
kunnen gebruikt worden om de gewenste waarde in te geven.
In MTC-modus kan u de pijltjestoetsen ingedrukt houden, om de temperatuurwaarde te verhogen/
è
verlagen. Het instrument blijft meten en het lcd-scherm wordt regelmatig bijgewerkt.
7