BELANGRIJK: Het doelvermogen is uitsluitend
bedoeld als motivatie. Zorg ervoor dat u op een
tempo stapt, een versnellingsinstelling en een
hellingniveau hebt dat aangenaam voor u is.
Tijdens een vooraf ingestelde oefening, toont de
krachtring het vooraf ingestelde vermogendoel voor
elk segment van de oefening (zie stap 4 op blad
zijde 20).
8. Volg uw vorderingen op de display.
De display kan de volgende oefeninginformatie
bevatten:
CALS: Het aantal bij benadering verbrande
calorieën.
MI of KI: Deze display instelling zal de getrapte
afstand in mijlen of kilometers aangeven. Als de
handmatige modus is geselecteerd, wordt de
afstand opgeteld. Als een vooraf ingestelde oefe
ning is geselecteerd, zal de afstand aftellen.
Gear: Het getal van de momenteel geselecteerde
versnelling. Let op: Deze oefeninginformatie ver
schijnt een aantal seconden als u van versnelling
wisselt.
% GRD: Het hellingniveau van de trainingsfiets.
Pace: Uw snelheid in minuten per mijl of minuten
per kilometer.
Hartsymbooltje: Uw hartslag wanneer u een com
patibele hartslagmonitor draagt (zie stap 9).
RPM: Uw snelheid in rotaties per minuut (rpm)
Speed: Uw trapsnelheid in mijlen of kilometers per
uur.
Time: De verstreken tijd.
Watts: Uw vermogen in watts.
Druk herhaaldelijk op de toets Display om de
gewenste oefeninginformatie op de display te zien.
Scan mode: Het
bedieningspaneel
heeft ook een
scanmodus
waarmee oefenin
ginformatie in een
herhalingscyclus
wordt getoond. Om
een scanmodus te
selecteren drukt u
herhaaldelijk op de
toets Display tot
het woord SCAN in de display verschijnt.
Stop met trappen om het bedieningspaneel tot stil
stand te brengen. Als het bedieningspaneel wordt
gepauzeerd, zal de tijd zal op de display knipperen.
Om met uw oefening door te gaan, begin gewoon
weer te stappen.
Let op: Het bedieningspaneel kan gewicht,
trapsnelheid en afstand weergeven in stan
daard of metrische meeteenheden. Zie DE
INSTELLINGENMODUS op bladzijde 24 om van
eenheid te wisselen.
19