bewogen treden
de
linker
knipperlichten
in
werking.
In
beide
standen
knippert
tevens
het
groene verklikkerfampje
(1
0
in afb.
5).
Wanneer de hendel naar boven wordt
bewo-
gen,
wordt groot-licht
signaaf gegeven en, in-
dien
de
lichtschakelaar
aan staat, kan
hier-
mede
worden
overgeschakeld
van groot
naar
dimlicht
of
omgekeerd.
wanneer
het
groot-
ficht brandt, brandt
tevens
het bfauwe verklik-
kerlampje (2 in afb.
5).
SN
ELH
EI
DSM
ETER/KI
LOM ETERTE
LLER
In
de
snelheidsmeter
(1 in
afb.
5),
welke
de
snef
heid in
kilometers per
uur
aangeeft,
is
te-
vens een kilometertotaal telfer ingebouwd.
In
plaats van een gewone snefheidsmeter/kilo-
meterteller
kan ook een
tachog
raaf
ziin
ge-
monteerd.
Deze
registreert tevens
o.a.
de
snef
heid en
het
gereden aantal kilometers.
De
aandrijving geschiedt vanuit
de
versnetlings-
bak.
TOERENTELLER
De
toerenteller
(1
g in
afb.
s)
geeft
het
toerental
van
de
motor aan. De
op de
verdeelschaal
aangegeven getaflen dienen met honderd
te
worden vermenigvufdigd, zodat
bijvoorbeefd
15 betekent: 1500 toeren per
min
rut.
LOOPLAMPAANSLUITING
De
stekerdoos
(1
s
in afb.
s)
dient
voor
een
looplampaansluiting. Ook kan hierin een
sig.
aansteker worden
gebracht.
KLAXON
De
kfaxon
bevindt
zichats drukknop midden
in
het
stuurwiel.
PARKEERREMKNOP
wanneer
de
knop (afb.
6)
wordt
ingedrukt,
worden
de
achterwielen
geremd.
Indien
het
contact
"aan"
staat,
brandt tegelijkertijd
het
rode
verkfikkerfampje
(5 in
afb.
s),
hetwefk
weer dooft, wanneer de knop
wordt uitgetrok-
ken
en
daardoor
de
achterwielremmen wor-
den gelost
(uiteraard, wanneer
voldoende
fuchtdruk
in
de ketels aanwezig
is).