EDX 6000-TC BAH0047-4 09.14
•
Bevestig gewichten aan voor- of achterzijde altijd in overeen-
stemming met de voorschriften aan de daartoe bestemde beves-
tigingspunten.
•
Houd rekening met het maximale laadvermogen van de aange-
bouwde/aangekoppelde machine en de toelaatbare asbelasting
en oplegdruk van de tractor.
•
De tractor dient voor de beladen combinatie (tractor met aange-
bouwde of aangekoppelde machine) over voldoende remvertra-
ging te beschikken.
•
Controleer de werking van de remmen voordat u gaat rijden.
•
Houd met een aangebouwde of aangekoppelde machine in
bochten rekening met de grote uitzwaai en de middelpuntvlie-
dende kracht van de machine.
•
Wanneer de machine aan de driepuntshydraulica of de trekstan-
gen van de tractor is bevestigd, dient u er voor transport voor te
zorgen dat de trekstang aan de zijkant voldoende is vastgezet.
•
Zet alle beweegbare machineonderdelen vóór transport in de
transportstand.
•
Zet alle beweegbare machineonderdelen vóór transport in de
transportstand vast om te voorkomen dat zij van positie verande-
ren. Maak hiervoor gebruik van de daarvoor bestemde trans-
portbeveiligingen.
•
Vergrendel vóór transport de bedieningshendel van de drie-
puntshydraulica om onbedoeld heffen of zakken van de aange-
bouwde of aangekoppelde machine te voorkomen.
•
Controleer vóór transport of de benodigde transportuitrustingen,
zoals verlichting, waarschuwingssystemen en beschermings-
voorzieningen, op de juiste wijze aan de machine zijn gemon-
teerd.
•
Controleer vóór transport door middel van een visuele controle
of de pennen van de topstang en trekstang met een borgpen zijn
geborgd.
•
Pas uw rijsnelheid aan de omstandigheden ter plaatse aan.
•
Schakel bij bergaf rijden een lagere versnelling in.
•
Schakel de onafhankelijke wielremmen tijdens transport altijd uit
(pedalen vergrendelen)!
•
Neem het maximaal toelaatbare totaalgewicht in acht. Transpor-
teer de machine alleen met lege zaad- en meststoftanks.
Algemene veiligheidsinstructies
31