4 - TECHNISCHE EN ELEKTRISCHE GEGEVENS VAN 30XB UNITS
30XB van 1100 tot 1700 met optie 254 of 255
30XB met optie 254 of 255
Voeding vermogenscircuit
Nominale spanning
Netspanningslimieten
Voeding stuurstroomcircuit
Max opgenomen vermogen
(1)
Standaardunit
Circuit 1
(a)
Circuit 2
(a)
Optie 081
Unit + optie 15LS
Circuit 1
(a)
Circuit 2
(a)
Optie 081
Cosinus phi bij max. vermogen
Standaardunit
Cosinus phi
Unit + optie 15LS
Cosinus phi
Nominaal opgenomen stroom
Standaardunit
Circuit 1
(a)
Circuit 2
(a)
Optie 081
Unit + optie 15LS
Circuit 1(
a)
Circuit 2
(a)
Optie 081
Max. opgenomen bedrijfsstroom (Un)
Standaardunit
Circuit 1
(a)
Circuit 2
(a)
Optie 081
Unit + optie 15LS
Circuit 1
(a)
Circuit 2
(a)
Optie 081
(1) Waarden gemeten bij continu maximale bedrijfscondities van de unit (gegevens vermeld op de kenplaat van de unit)
(2) Bedrijfsstroom van de kleinste compressor(e) + stroomsterkte ventilator + opstartstroom of beperkte opstartstroom van de grootste compressor.
(3) Genormaliseerde Eurovent-condities, waterintrede-/uittredetemperatuur bij de warmtewisselaar = 12°C/7°C, buitenluchttemperatuur = 35°C.
(a) Wanneer de machines twee voedingen hebben, voedt circuit 1 koudemiddelcircuit A en circuit 2 voedt koudemiddelcircuit B of voor units 30XB 1550 tot 1700 units:
Circuit 1 voedt circuits A en B, circuit 2 voedt circuits C en D.