Download Print deze pagina

Accu-Opslag; De Motorinstallatie Opnieuw Vaarklaar Maken - Mercury Marine 4.3 TKS Series Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor 4.3 TKS Series:

Advertenties

1.
Breng een dunne draad herhaalde malen in om ervoor te zorgen dat alle ontluchtingsopeningen, wateraftapgaten en -
kanalen open en niet verstopt zijn.
d
a
Wateraftapopeningen hekaandrijving
a -
pitotbuis snelheidsmeter
b -
ontluchtingsopening trimvintoegangsholte
c -
aftapkanaal trimvintoegangsholte
d -
wateraftapopening onderwaterhuis (een aan elke kant)
e -
ontluchtingsopening onderwaterhuis
f -
aftapopening onderwaterhuis
De kruiskoppelingsbalgen kunnen zich gaan 'zetten' als de eenheid in opgeklapte stand wordt opgeslagen, en dan een
defect ontwikkelen en water in de boot laten bij latere inbedrijfstelling. Zet de hekaandrijving in de stand volledig omlaag.
2.
Breng de hekaandrijving omlaag tot de stand volledig omlaag (in).
3.
Voor meer zekerheid tegen bevriezen en roesten vult u het koelsysteem, nadat u dit geleegd hebt, met
propyleenglycol, gemengd volgens de aanbeveling van de fabrikant, om de motor te beschermen bij de laagste
temperatuur waaraan deze bij vorst of tijdens lange opslagperioden zal worden blootgesteld

Accu-opslag

Altijd wanneer de accu voor langere duur opgeslagen wordt, moet u ervoor zorgen dat de cellen met water gevuld zijn en
dat de accu helemaal geladen en in goede staat is. Hij moet schoon zijn en mag niet lekken. Volg de instructies van de
accufabrikant voor opslag.

De motorinstallatie opnieuw vaarklaar maken

1.
Controleer of alle koelsysteemslangen goed zijn aangesloten en of de slangklemmen goed zijn aangehaald.
Als de accukabels in de verkeerde volgorde worden losgekoppeld of aangesloten, kan dat leiden tot letsel door een
elektrische schok of schade toebrengen aan het elektrisch systeem. Koppel de negatieve (–) accukabel altijd als eerste
los en sluit hem als laatste aan.
2.
Installeer een geheel geladen accu. Maak de klemmen van de accukabels en de accupolen schoon en sluit de kabels
weer aan. Zet elke kabelklem bij het aansluiten stevig vast.
3.
Breng een laagje anti-corrosievet voor accupolen aan op de aansluitpolen.
4.
Verricht alle controles in de kolom Vóór het starten in het Bedieningsschema.
Als er onvoldoende koelwater is, raken de motor, de waterpomp en andere onderdelen oververhit en lopen ze schade
op. Zorg tijdens gebruik voor voldoende watertoevoer naar de waterinlaten.
5.
Start de motor en kijk aandachtig naar de instrumenten om te controleren of alle systemen naar behoren werken.
6.
Controleer de motor zorgvuldig op lekkage van brandstof, olie, vloeistof, water en uitlaatgassen.
7.
Controleer of de bediening van het stuur-, schakel- en gassysteem naar behoren werkt.
90-8M0115984
DECEMBER 2015
nld
e
b
KENNISGEVING
OPGELET
!
KENNISGEVING
Hoofdstuk 5 - Opslag
f
c
6146
Bladzijde 81

Advertenties

loading