Varen met lage waterinlaten in ondiep water
a
Varen in ondiep water kan ernstige schade aan de motor toebrengen als gevolg van verstopte waterinlaten. Zorg ervoor
dat de waterinlaten of het onderwaterhuis geen zand, slib of ander vuil binnenkrijgen, anders bestaat het gevaar van
beperking of algehele blokkering van de koelwatervoorziening naar de motor.
Wees uiterst voorzichtig wanneer u met een boot vaart die met lage waterinlaten is uitgerust terwijl u in ondiep water
manoeuvreert. Maak geen strandlanding terwijl de motor draait.
Omstandigheden met effect op besturing
Verdeling van het gewicht (passagiers en uitrusting) in de boot
Naar achteren (richting achtersteven) verplaatsen van het gewicht:
•
verhoogt doorgaans de vaarsnelheid en het motortoerental
•
leidt tot stuiteren van de boeg bij sterkere golfslag;
•
vergroot het gevaar van in de boot spattende golven bij het uit planee komen;
•
kan in overmatige gevallen stampen van de boot veroorzaken.
Naar voren (richting de boeg) verplaatsen van het gewicht:
•
vergemakkelijkt het planeren;
•
verbetert het varen bij sterke golfslag;
•
kan in overmatige gevallen de boot heen en weer doen slingeren.
De bodem van de boot
Om de maximale vaarsnelheid te kunnen behalen, dient de bodem van de boot:
•
schoon en vrij van zeepokken en aangroei te zijn;
•
niet vervormd te zijn, dus vrijwel perfect vlak waar hij het water raakt;
•
zowel voor als achter recht en glad te zijn.
Er kunnen zich wier en algen verzamelen wanneer de boot afgemeerd is. U moet deze aangroei verwijderen alvorens te
gaan varen, aangezien deze de waterinlaatopeningen kan verstoppen waardoor de motor oververhit raakt.
Cavitatie
Cavitatie doet zich voor wanneer de waterstroom de contour van een snel bewegend voorwerp onder water, zoals een
onderwaterhuis of een schroef, niet kan volgen. Cavitatie zorgt voor een hoger schroeftoerental en vermindert de
vaarsnelheid. Cavitatie kan het oppervlak van het onderwaterhuis of de schroef ernstig aantasten. Veel voorkomende
oorzaken van cavitatie zijn:
•
wier of ander los materiaal dat in de schroef vastzit
•
een verbogen schroefblad
•
bramen of scherpe randen op de schroef
Luchthappen van de schroef
Luchthappen wordt veroorzaakt door oppervlaktelucht of uitlaatgassen die rond de schroef terechtkomen, waardoor de
schroef sneller gaat draaien en de vaarsnelheid afneemt. Luchtbelletjes raken het schroefblad en veroorzaken erosie van
het bladoppervlak. Als dit steeds gebeurt, raakt het blad uiteindelijk defect (breekt het). Overmatig luchthappen wordt
gewoonlijk veroorzaakt door:
•
te ver uitgetrimde aandrijfeenheid
•
ontbrekende schroefdeflectorring
•
een beschadigde schroef of beschadigd onderwaterhuis, waardoor er uitlaatgassen ontsnappen tussen de schroef en
het onderwaterhuis
90-8M0115984
DECEMBER 2015
nld
a -
lage waterinlaten
mc75827-1
KENNISGEVING
Hoofdstuk 2 - Op het water
Bladzijde 21