1.
Zet de functiedraairegelaar op "A".
2.
Druk zo vaak als
vereist op [SET] om
de instelling van de
lensopening te
selecteren en stel
daarna de gewenste
lensopeningwaarde in
d.m.v. [ ] en [ ].
• U kunt de EV verschuiving
selecteren d.m.v. [SET]
en vervolgens een
belichtingswaarde
specificeren (EV
verschuiving) indien u dat wilt.
A functie
Lensopening
EV Shift
(EV verschuiving)
85
3.
Druk de sluitertoets halverwege in.
De camera stelt scherp op het beeld in overeenstemming
met uw instellingen.
• De sluitertijd en de lensopeningwaarde op het
beeldscherm worden oranje wanneer u de sluitertoets
halverwege indrukt als het beeld overbelicht of
onderbelicht is.
4.
Druk de sluitertoets geheel in wanneer goed
op het beeld is scherpgesteld.
OPNEMEN VAN EEN FOTO