5.
Dubbelklik op het bestand dat het beeld bevat
dat u wilt bekijken.
Hierdoor wordt het beeld weergegeven.
• Zie "Geheugenmapstructuur" op pagina 248 voor
informatie over de bestandsnamen.
LET OP
• Een beeld dat geroteerd was op de camera wordt op het
beeldscherm van de computer weergegeven met de
oorspronkelijke (niet-geroteerde) oriëntatie.
■
Opslaan van een beeld op uw computer
Om aan een beeld te werken of het in een album te plaatsen
dient u het beeld eerst op uw computer op te slaan. Om een
beeld van de camera op te slaan op uw computer, dient u eerst
d.m.v. de USB slede van de camera een aansluiting tot stand te
brengen tussen de camera en de computer.
1.
Windows XP gebruikers: Klik op "Start" en
daarna op "Deze computer".
Windows Vista gebruikers: Klik eerst op
"Start" en daarna op "Computer".
Windows 2000/Me/98SE/98 gebruikers:
Dubbelklik op "Deze computer".
2.
Dubbelklik op "Verwisselbare schijf".
• Uw computer ziet de geheugenkaart die in de camera
geplaatst is (of het ingebouwde geheugen als er geen
geheugenkaart is) als een verwisselbare schijf.
3.
Klik met de rechtertoets van de muis op de
"DCIM" map.
GEBRUIKEN VAN DE CAMERA MET EEN
227
COMPUTER