10
11
12
156 Bijlage D – Handleiding voor de systeembeheerder
10 Sluit de toegangsklep van de DIMM. Controleer of de klep
goed is gesloten.
11 Duw de onderzijde van de klep in de sleuf en draai de klep
naar boven.
12 Schuif de klep naar de voorkant van de MFP tot deze vast
klikt. Sluit het netsnoer aan, sluit alle kabels aan en zet de
MFP aan.
13 Ga als volgt te werk om te controleren of de DIMM's goed
geïnstalleerd zijn:
Controleer of bericht GEREED wordt weergegeven op het
bedieningspaneel. Als er een foutbericht verschijnt, is
het mogelijk dat de DIMM niet goed geïnstalleerd is.
Controleer zo nodig de installatie. Zie
berichten op het bedieningspaneel" op pagina 93
meer informatie.
Druk een nieuw overzicht van de menustructuur en een
nieuwe configuratiepagina af en vergelijk het nieuwe
overzicht met het overzicht dat u hebt afgedrukt vóór de
installatie van de DIMM. Breng de vereiste wijzigingen
aan in de betrokken menu's als er verschillen zijn.
Vergelijk de nieuwe configuratiepagina met de eerder
afgedrukte pagina.
Opmerking
Als u een nieuwe firmware-DIMM hebt geïnstalleerd, moet de
Firmware Datacode die in de linkerbovenhoek van de pagina
wordt vermeld, zijn bijgewerkt overeenkomstig de vervanging
van de DIMM. Neem contact op met de ondersteuning als er
waarden verschillen en deze niet met de menu's kunnen worden
gewijzigd.
"Informatie over
voor
NLWW