HOOFDSTUK 6 • Instellingen insulinetoediening
letter of drie keer snel voor de derde
letter.
6. Tik op Drukken om in te stellen om
te beginnen met het instellen van de
instellingen voor de
insulinetoediening.
6.3 Een nieuw persoonlijk profiel
programmeren
Nadat het persoonlijk profiel is
aangemaakt, moeten de instellingen
worden geprogrammeerd. Het eerste
tijdsegment begint om middernacht.
•
U moet een basaalsnelheid
programmeren om een persoonlijk
profiel te hebben dat u kunt
activeren.
88
•
Om de Basal-IQ™-technologie in te
kunnen schakelen moet u een
basaalsnelheid, correctiefactor,
koolhydratenratio en doel-BG
instellen.
•
Vergeet niet om op
te tikken
nadat u een waarde hebt ingevoerd
of gewijzigd.
⚠ VOORZORGSMAATREGEL
Controleer ALTIJD of de decimale punt juist is
geplaatst wanneer u informatie in uw persoonlijk
profiel invoert. Een onjuiste plaatsing van de
decimale punt kan ertoe leiden dat u niet de
juiste hoeveelheid insuline krijgt toegediend die
uw zorgverlener heeft voorgeschreven.
Getimede instellingen
1. Tik op Basaal nadat het nieuwe
profiel is aangemaakt.
2. Voer uw basaalsnelheid in met het
toetsenbord op het scherm en tik
op
.
⚑ OPMERKING
Als u eerder een basale grens hebt
ingesteld in de pompinstellingen, moet de
hier ingevoerde basaalsnelheid lager zijn
dan de basale grens die is ingevoerd in de
pompinstellingen.
3. Tik op Correctiefactor.
4. Voer met het toetsenbord op het
scherm uw correctiefactor in (het
mmol/l waarmee 1 eenheid insuline
de BG verlaagt) en tik op
5. Tik op Koolhydratenratio.
6. Voer via het toetsenbord op het
scherm de insuline-koolhydratenratio
(het aantal gram koolhydraten dat
wordt omgezet door 1 eenheid
insuline) in en tik op
.
7. Tik op Doel-BG.
8. Voer met het toetsenbord op het
scherm uw doel-BG in en tik
op
.
.