4 Beschrijving van het product
Fase
8
9
Tab.22
Sanitair warmwaterbereidingsparameter
Parameter
42
Beschrijving van de werking
Indien na afloop van de vertraging t1 de gemeten temperatuur meer is dan 2°C lager is dan de richt
temperatuur, wordt een bijverwarmingsopdracht afgegeven en start fase 1 op.
De vertraging t3 wordt geactiveerd.
De warmtepomp en de fase 1 bijverwarming werken parallel samen tot de richttemperatuur is be
reikt.
Indien na afloop van de vertraging t3 de gemeten temperatuur nog steeds meer dan 2°C lager is dan
de richttemperatuur, wordt een aanvullende bijverwarmingsopdracht afgegeven en start fase 2 op.
De warmtepomp en de fase 1 en 2 bijverwarmingen werken parallel samen tot de richttemperatuur is
bereikt.
Beschrijving
Functie blokkerende ingang BL1
Functie blokkerende ingang BL2
Richting van contact van blokkerende ingang BL1
Normaal gesloten contact:
normaal open contact:
Bijverwarming in de zwembadmodus
Het laten werken van de bijverwarming in de zwembadmodus is vergelijk
baar met het laten werken van de bijverwarming in de verwarmingsmodus
(hydraulische bijverwarming of elektrische bijverwarming).
Werking van de bijverwarming tijdens een storing van de bui
tenunit
Als er een storing optreedt op de buitenunit wanneer het systeem een ver
warmingsopdracht aan het uitvoeren is, start de ketel of de elektrische bij
verwarming onmiddellijk op om het verwarmingscomfort te garanderen.
Werking van de bijverwarming tijdens het ontdooien van de
buitenunit
Wanneer de buitenunit wordt ontdooid, zorgt het bedieningspaneel voor
een volledige bescherming van het systeem door eventueel de bijverwar
mingen op te starten.
Extra bescherming wordt geboden als de watertemperatuur te snel daalt.
In dit geval wordt de buitenunit uitgezet.
Werkingsprincipe als de buitentemperatuur buiten de bedrijfs
temperatuurdrempel van de buitenunit valt
Als de buitentemperatuur lager is dan de minimale bedrijfstemperatuur
van de buitenunit, zoals gedefinieerd door de parameter
krijgt de buitenunit geen toestemming om te werken.
Als het systeem bezig is met het uitvoeren van een opdracht, start de bij
verwarmings- of elektrische ketel onmiddellijk op om het verwarmingscom
fort te garanderen.
4.2.4
Naverwarming in de sanitair-warmwatermodus
Startvoorwaarden voor de bijverwarming
Parameters
8.
en
zijn niet ingesteld op 4, 6 of
7623793 - v06 - 22052017
,