Machinegegevens invoeren
8.2.2
Doorstroommeter 2 (terugstroommeter) kalibreren.
1. Vul de spuitvloeistoftank met helder water
(ca. 1000 l) tot een aan de beide zijden van
de tank aangebrachte niveaumarkering.
2.
> verder
3. Start de pomp met pompbedrijfstoerental.
4. > verder
→
Automatische kalibratie starten.
→ opslaan
5.
De kalibratie kan alleen worden uitge-
voerd, wanneer "spuiten"
uitgeschakeld.
8.2.3
Doorstroommeter 3 (High Flow)
32
is
Voor het bepalen van het aantal impulsen per liter voor doorstroom-
meter 3 moet de doorstroommeter 3 op de positie in het vloeistofcir-
cuit van doorstroommeter 2 worden gemonteerd.
1. High Flow uitschakelen (menu machinegegevens)
2.
> verder
3. Doorstroommeter 3 op de positie van doorstroommeter 2 monte-
ren.
4.
> verder
5. Vul de spuitvloeistoftank met schoon water
(ca. 1000 l) tot de aan beide zijde op de spuitvloeistoftank aan-
gebrachte niveaumarkering.
6.
> verder
7. Start de pomp met pompbedrijfstoerental.
8. > verder
→
Automatische kalibratie starten.
→ opslaan
9.
10. Doorstroommeter 2 en 3 weer op de juiste plaats monteren.
Doorstroommeter 2
kalibreren
automatische kalibratie
starten
Doorstroommeter 2
kalibreren
ISOBUS spuit BAG0104.9 06.17
3/5
4/5