9 Instellingen
98
WGB-K EVO 28 i
9.2.9
Zwembad
Zwembad
Met de regelaar kan een zwembad worden verwarmd met zonne-energie
of via warmteproducenten, elk met een afzonderlijk instelbare
instelwaarde. Bij zonneverwarming kan de prioriteit van de
zwembadverwarming ten opzichte van het laden van de opslagtank
worden ingesteld.
Gew wrde solarverwarming (2055)
Wanneer er zonne-energie wordt gebruikt, wordt het zwembad hier op de
instelwaarde verwarmd.
Gew wrd bronverwarming (2056)
Wanneer de verwarmingsproducent wordt gebruikt, wordt het zwembad
hier op de instelwaarde verwarmd.
Laadprio zon (2065)
Instellen van welke prioriteit waarmee het zwembad wordt verwarmd met
zonne-energie. De prioriteit van de tapwater en het laden van de buffer is
ingesteld in prog. nr. 3822.
Prioriteit 1: Het laden van het zwembad heeft topprioriteit.
Prioriteit 2: Het laden van het zwembad heeft middenprioriteit (tussen
het tapwater en de bufferopslagtank).
Prioriteit 3: Het laden van het zwembad heeft de laagste prioriteit (na het
tapwater en de bufferopslagtank).
Belangrijk
Vrijgave en prioriteit kunnen ook worden beïnvloed door de Hx-
ingangen (zie ook programma nr. 3822).
Max. zwembadtemperatuur (2070)
Als de zwembadtemperatuur hier de verwarmingsgrenswaarde bereikt,
wordt de collectorpomp uitgeschakeld. Deze wordt weer vrijgegeven als
de zwembadtemperatuur gedaald is met 1°C onder de maximale
verwarmingsgrens-temperatuur.
Met solar toepassing (2080)
Instellen of het verwarmen van het zwembad al dan niet kan worden
gedaan met zonne-energie.
9.2.10
Primaire regelaar/aanvoerpomp
Voorregeling/aanv pomp
Met de primaire regelaar kan de aanvoertemperatuur warmer of kouder
worden gemengd voor verwarmingsgroepen met aanvoertemperatuur
richtwaarden die lager of hoger zijn dan de temperatuur in de leiding. De
voedingspomp kan de drukdaling naar verder weg gelegen
verwamingsgroepen overwinnen.
Min gewenste aanvoertemp (2110) en Max gewenste
aanvoertemp (2111)
Met deze grenswaarden kan er een bereik voor de debietinstelwaarde
worden vastgelegd.
Systeempomp bij warmte blok (2121)
Deze parameter kan aangeven of de systeempomp eveneens vergrendeld
is of niet wanneer de vergrendeling van de verwarmingsproducent actief
is.
Uit: De systeempomp is niet vergrendeld.
Aan: Indien de vergrendeling van de verwarmingsproducent actief is, is
de de systeempomp ook vergrendeld.
7701238 - 01 - 06092018