Fotograferen met een externe flitser
Naast de ingebouwde flitser kunt u ook gebruikmaken van externe flitsers die geschikt zijn
voor deze camera. Hiermee beschikt u bij flitsopnamen over een groter aantal mogelijkheden
bij verschillende lichtomstandigheden.
De externe flitsers communiceren met de camera, zodat u de flitserfuncties van de camera
kunt uitbreiden met andere flitserfuncties zoals TTL-AUTO en Super FP. Monteer een voor
deze camera geschikte externe flitser op de flitsschoen van de camera. U kunt de flitser ook
bevestigen op de bevestigingspunt op de camera met behulp van de flitskabel (optioneel).
Raadpleeg eveneens de handleiding van de externe flitser.
Beschikbare functies bij gebruik van externe flitsers
Optionele flitser
Flitsregeling
RG (richtgetal)
(ISO100)
RC-functie
* De brandpuntsafstand van de lens die gebruikt kan worden (kleinbeeldequivalent)
x
Opmerkingen
• De optionele flitser FL-40 kunt u niet gebruiken.
5
Gebruik van een externe elektronenflitser
Schakel de flitser altijd pas in nadat u hem op de camera hebt bevestigd.
1
Schuif het afdekkapje uit de flitsschoen
zoals aangegeven door de pijl in de
afbeelding.
• Bewaar het afdekkapje van de flitsschoen op
een veilige plek zodat u het niet verliest en zet
het na het fotograferen met flits weer op de
camera.
2
Schuif de flitser in de flitsschoen.
• Als de vergrendelpen uitsteekt, verdraait
u de vergrendelring zo ver mogelijk in
de tegengestelde richting van LOCK.
Hierdoor wordt de vergrendelpen
naar binnen getrokken.
78
NL
FL-50R
TTL-AUTO, AUTO, MANUAL,
FP TTL AUTO, FP MANUAL
*
RG50 (85 mm
)
RG36 (85 mm
*
RG28 (24 mm
)
RG20 (24 mm
FL-36R
RF-11
*
)
RG11
*
)
k
Vergrendelpen
TF-22
TTL-AUTO, MANUAL
RG22
k
Flitsschoen-
dekseltje
Vergrendelring