Diafragmavoorkeuze
De camera kiest automatisch de sluitertijd die past bij de diafragmawaarde die u hebt
ingesteld. Naarmate u het diafragma verder opent (door een lagere diafragmawaarde te
kiezen), neemt de scherptediepte verder af waardoor de achtergrond eerder onscherp wordt.
Naarmate u het diafragma verder sluit (door een hogere diafragmawaarde te kiezen), neemt
de scherptediepte toe. Gebruik deze stand als u details aan de achtergrond wilt toevoegen.
Bij een lagere
diafragmawaarde
2
(f-waarde)
Terwijl u de knop MODE ingedrukt houdt, draait
u de hoofdregelaar om de fotografeerstand
in te stellen op A. Draai de hoofdregelaar
(of subregelaar) om de diafragmawaarde
in te stellen.
Zoeker
Diafragmawaarde
Bedieningspaneel
TIPS
De scherptediepte bij de ingestelde diafragmawaarde controleren:
j Zie "Preview-functie" (gblz. 46).
Het interval van de belichtingsaanpassing wijzigen:
j Kan worden ingesteld in stappen van 1/3 EV, 1/2 EV of 1 EV. g"EV STEP" (blz. 111)
De sluitertijd knippert:
j De camera kan de foto niet optimaal belichten. Voor meer informatie, zie "Waarschuwingsindicatie
belichting" (gblz. 141).
42
NL
Bij een hogere
diafragmawaarde
(f-waarde)
MODE-knop
Diafragma verder openen
(F-waarde wordt lager)
Diafragma sluiten (F-waarde is verhoogd)
j