Fotograferen met de ingebouwde flitser
Bij gebruik van een lens met een brandpuntsafstand van minder dan 14 mm (vergelijkbaar
met een 28 mm lens op een kleinbeeldcamera) kunnen bij het licht van de flitser de randen
van de foto donkerder worden (vignettering). Of dit effect inderdaad optreedt, hangt ook
af van het lenstype, de zonnekap en de lichtomstandigheden (zoals de afstand tot het
onderwerp).
1
Druk op de #
ingebouwde flitser omhoog
te laten springen.
5
2
Druk de ontspanknop half in.
• Als # continu oplicht, is de flitser
gebruiksklaar. Als dit teken knippert,
is de flitser bezig met opladen. Wacht
in dit geval tot het opladen is voltooid.
3
Druk de ontspanknop helemaal in.
TIPS
Foto's maken zonder te wachten tot de flitser opgeladen is:
j Zie "RLS PRIORITY S/RLS PRIORITY C" (gblz. 108).
x
Opmerkingen
• Als [#RC MODE] is ingesteld op [ON] ontsteekt de ingebouwde flitser alleen
om te communiceren met de externe flitser zodat deze niet als een flitser werkt.
g"Fotograferen met het draadloze Olympus RC-flitssysteem" (blz. 80)
Regelen van de flitssterkte
U kunt de flitssterkte instellen tussen +3 en -3.
Bij sommige situaties krijgt u betere resultaten als u de flitssterkte aanpast, bijv. bij het
fotograferen van kleine objecten en bij een verre achtergrond. Op deze wijze kunt
u het contrast verbeteren (het onderscheid tussen lichte en donkere partijen)
waardoor uw foto's levendiger worden.
76
NL
-knop om de
UP
#UP-knop
Flitser stand-by-teken
Zoeker