Installatie
4
Aandrijfelementen en overbrengingscomponenten monteren
4.4
Aandrijfelementen en overbrengingscomponenten monteren
4.4.1
Optrekhulpstuk gebruiken
18
LET OP!
Door ondeskundige montage kunnen het lager, de behuizing of de assen beschadigd
raken.
Mogelijke materiële schade!
•
Aandrijfelementen en overbrengingscomponenten alleen met een optrekhulpstuk
monteren. De in het aseinde aanwezige centreerboring met schroefdraad
gebruiken voor het aanbrengen.
•
Riemschijven, koppelingen, rondsels etc. in geen geval met hamerslagen op het
aseinde monteren.
•
Bij het monteren van riemschijven de juiste riemspanning volgens de opgave van
de fabrikant in acht nemen.
•
Gemonteerde overbrengingscomponenten moeten gebalanceerd zijn en mogen
geen ontoelaatbare radiale of axiale krachten veroorzaken (voor toegestane
waarden, zie catalogus "Motorreductoren" of "Explosiebeveiligde aandrijvingen").
De volgende afbeelding laat een optrekhulpstuk zien voor het monteren van koppe-
lingen of naven op de aseinden van reductoren of motoren. Als de bout probleemloos
kan worden aangehaald, kan het axiale lager op het optrekhulpstuk evt. achterwege
blijven.
[1]
[3]
[1] Aseinde van de reductor
[2] Axiaal lager
[3] Koppelingsnaaf
[2]
211368587
Technische handleiding – Variatoren VARIBLOC
®
en accessoires