Plaats het deksel van de afscheidertank terug. Zorg er hierbij voor
dat de pakking niet wordt beschadigd en draai de schroeven van het
deksel kruiselings vast. Neem hierbij de torsiewaarden in acht zoals die
zijn aangegeven onder TORSIEWAARDEN verderop in dit handboek.
Sluit alle slangen en leidingen opnieuw aan op het afsluitdeksel van
de afscheidertank.
Ververs de olie in de kompressor (zie SMERING verderop in dit
handboek).
VOORZICHTIG! Start de machine (zie VOORDAT U BEGINT en
STARTEN in het onderdeel BEDIENINGSINSTRUKTIES van dit
handboek) en kontroleer of er geen lekkages zijn voordat de machine
weer in bedrijf wordt genomen.
OLIEKOELER EN RADIATEUR
Als er zich vet, olie en vuil ophoopt op de buitenkant van de oliekoeler
en de radiateur, dan gaat dit ten koste van de efficiëntie van beide
elementen. Het is daarom aan te raden elke maand de buitenkant van
de oliekoeler en de radiateur schoon te maken met perslucht (indien
mogelijk met een onbrandbaar schoonmaakmiddel). Na reiniging zijn
de olie–, vet– en stofresten van de oliekoeler/radiateur verdwenen,
zodat het gehele koeloppervlak de hitte van de smeerolie/ koelvloeistof
naar de luchtstroom kan overbrengen.
WAARSCHUWING: Heet motorkoelmiddel en stoom kunnen
letsel veroorzaken. Bij bijvullen van de radiator met koelmiddel of
antivries–mengsel, motor tenminste één minuut vóór het openen
van de radiatorvuldop stoppen. Hand met een doek beschermen
en vuldop langzaam loszetten. Eventueel ontsnappende vloeistof
met de doek opvangen. Vuldop pas afnemen wanneer alle
overtollige vloeistof ontsnapt en het motorkoelsysteem geheel
drukloos is.
WAARSCHUWING: Bij toevoegen of aftappen van antivries de
door de leverancier van de antivries gegeven aanwijzingen
opvolgen. Ter voorkoming van huid– en oogcontact met de
antivries wordt aanbevolen persoonlijke veiligheidsuitrusting te
dragen.
NAFILTER ELEMENTEN
Het
luchtfilter
moet
regelmatig
SERVICE/ONDERHOUD SCHEMA) en het element moet vervangen
worden wanneer de pijl rood is of elke 6 maanden (welke hiervan het
eerste plaatsvindt). De stofverzamelbak(ken) moeten dagelijks
generinigd worden (of vaker onder stoffige bedrijfsmilieus) en mogen
nooit meer dan half vol zijn.
Verwijderen
VOORZICHTIG! Onder geen beding mag u elementen verwijderen en
vervangen terwijl de kompressor nog in bedrijf is.
geïnspecteerd
(zie
ONDERHOUD
Reinig de buitenkant van de filterbehuizing en verwijder het
filterelement door de moer los te draaien.
Opnieuw monteren
Monteer het nieuwe element in het filterhuis en zorg ervoor dat de
afdichting goed is aangebracht. Zet het element vast door de moer
aan te draaien.
Zorg ervoor dat alle klemmen goed vastzitten voordat u de
kompressor start.
VENTILATIE
Kontroleer altijd of de luchtuitlaten en –inlaten vrij zijn van vuil.
AANDRIJVING VAN DE KOELVENTILATOR
Periodiek controleren dat de ventilator montagebouten in de
ventilatornaaf zich niet losgewerkt hebben. Als het voor enige redden
noodzakelijk wordt de ventilator uit de bouwen of de ventilatorbouten
aan te trekken, een geode kwaliteit borgmiddel op de boutdraad
aanbrengen en aantrekken tot de in de AANTREKKOPPEL TABLE
verderop in deze sectie aangegeven waarde.
Kontroleer regelmatig of de V–snaren slijtage vertonen en of ze nog
de juiste spanning hebben.
BRANDSTOFSYSTEEM
De brandstoftank moet dagelijks of iedere 8 uur bijgevuld worden.
Om condensatie in de brandstoftank tot een minimum te beperken is
het aan te bevelen de machine na elke werkdag bij te vullen. Iedere zes
maanden moet het vocht en vuil afgetapt worden.
Zie de ONDERHOUDSKAART.
BRANDSTOFFILTER WATERAFSCHEIDER
De brandstoffilter–waterafscheider bevat een filterelement dat
regelmatig
dient
te
ONDERHOUDSKAART).
PIJPEN TURBOLUCHTKOELER:–
Alle slangen en klemmen op de ladingkoelleidingen inspecteren
Lekkage in het ladingkoelsysteem kan de motor beschadigen.
SLANGEN
Om ervoor te zorgen dat de motor zo efficiënt mogelijk blijft
funktioneren, dienen alle onderdelen van het koelluchtinlaatsysteem
regelmatig aan een inspektie te worden onderworpen.
Inspecteer
op
de
ONDERHOUDSKAART) alle toevoerleidingen naar de luchtfilter en
alle flexibele slangen voor de luchtleidingen, de olieleidingen en de
brandstofleidingen.
Kontroleer alle pijpleidingen regelmatig op scheurtjes, lekkages
enz. en vervang ze onmiddellijk indien ze zijn beschadigd.
ELEKTRISCH SYSTEEM
WAARSCHUWING! Maak altijd de akkukabels los voordat u
onderhoudswerkzaamheden gaat verrichten.
worden
vervangen
(zie
aanbevolen
tijden
(zie
47
de
de
9/235