Telkens wanneer de machine gestopt is, stroomt lucht van
apparaten of systemen stroomafwaarts van de machine terug in het
compressorsysteem, tenzij de persluchtkraan gesloten is. Bij de
persluchtkraan een terugslagklep installeren om terugstromen te
voorkomen bij onverwachte uitschakeling wanneer de persluchtkraan
open staat.
Ontkoppelde luchtslangen kunnen terugzwiepen en ernstig letsel of
de dood veroorzaken. Op elke slang bij de bron of aftakleiding een
veiligheid stromingsbeperker installeren conform OSHA Regulation
29CFR Section 1926.302(b).
Nooit de
unit
gestopt
luchtketel–separator systeem.
Materialen
De volgende stoffen kunnen tijdens gebruik van de kompressor
vrijkomen:
.
stof afkomstig van de remvoering
.
uitlaatgassen van de motor
VERMIJD INADEMING
Zorg te allen tijde voor voldoende ventilatie voor het koelsysteem
en de uitlaatgassen.
De volgende stoffen die bij de produktie van deze kompressor zijn
gebruikt, kunnen bij verkeerd gebruik schadelijk zijn voor de
gezondheid:
.
antivries
.
smeermiddel voor de
kompressor
.
smeermiddel voor de motor
.
beschermend vet
.
antiroest
.
dieselolie
.
elektrolyt in de akku
ZORG ERVOOR DAT GEEN VAN DE VRIJKOMENDE GASSEN IN
KONTAKT KOMT MET DE HUID OF DE LUCHTWEGEN
Als compressorsmeermiddel met ogen in aanraking komt,
tenminste 5 minuten met water uitspoelen.
Als compressorsmeermiddel met huid in aanraking komt,
onmiddellijk afwassen.
Bij
inwendige
opname
compressorsmeermiddel een arts raadplegen.
Bij inademing van compressorsmeermiddel een arts raadplegen.
Nooit vloeistoffen toedienen of braken opwekken als de patiënt
bewusteloos is of convulsies heeft.
Veiligheidsgegevensbladen
motorsmeermiddelen moeten bij de respectievelijke leveranciers
aangevraagd worden.
Nooit de motor van deze machine binnen een gebouw zonder
voldoende ventilatie laten draaien. Bij werken aan of nabij de machine,
vermijden uitlaatdampen in te ademen.
Deze machine kan materialen zoals olie, dieselbrandstof, antivries,
remvloeistof, olie–/luchtfilters en accu's bevatten, die bij uitvoering van
onderhoud– en servicetaken op veilige wijze afgevoerd moeten
worden. Voor juiste afvoer van deze materialen de plaatselijke
autoriteiten raadplegen.
laten
staan
met
druk
in
van
grote
hoeveelheden
voor
kompressor–
Accu
Accu's bevatten zwavelzuur en kunnen gassen afgeven die
corrosief en potentieel explosief zijn. Contact met huid, ogen en kleding
vermijden. Bij eventueel contact, betreffende plaats onmiddellijk met
water spoelen.
NOOIT PROBEREN EEN MACHINE MET BEVROREN ACCU
D.M.V. DOORVERBINDINGSKABELS TE STARTEN DAAR DIT
EEN EXPLOSIE VEROORZAKEN KAN!
Bij gebruik van kabelstart altijd de grootste voorzichtigheid in acht
nemen. Voor kabelstart, einden van een startkabel op de positieve (+)
het
klem van elke accu aansluiten. Eén einde van de andere kabel
aansluiten op de negatieve (–) klem van de hulpstart accu en het
andere einde op een massa aansluiting van de ontladen accu
vandaan(om vonken te voorkomen in de nabijheid van eventueel
aanwezige explosieve gassen). Na starten van de unit, kabels altijd in
omgekeerde volgorde losmaken.
Radiateur
Hete motorkoelvloeistof en stoom kunnen letsel veroorzaken.
Verzekeren dat de radiateurvuldop met de nodige zorg en
voorzichtigheid afgenomen wordt.
Nooit de drukdop van een HETE radiator afnemen. Radiator laten
afkoelen alvorens dop af te nemen.
Transport
Bij laden of transporteren van machines verzekeren dat de
gespecificeerde hijs– en bevestigingspunten gebruikt worden.
Bij laden of transporteren van machines verzekeren dat het
sleepvoertuig, zijn grootte, gewicht, sleepkoppeling en electrische
installatie alle geschikt zijn om veilig en stabiel slepen op snelheden tot
het wettelijke maximum voor het land waar hij gesleept wordt, of zoals
aangegeven voor het machinemodel indien lager dan het wettelijke
maximum.
Controleren dat het maximum aanhangergewicht niet het maximum
brutogewicht van de machine overschrijdt (door het gewicht van de
uitrusting te beperken), beperkt door het draagvermogen van het
onderstel.
Opm:
Dienstgewicht (op kenplaat) geldt alleen voor basismachine en
brandstof, onder uitsluiting van eventuele gemonteerde opties,
werktuigen, apparatuur en extra materialen.
Alvorens de machine te slepen, controleren dat:
.
de banden en sleepkoppeling in bruikbare staat verkeren.
.
de beschermkap vastzit
.
alle hulpapparatuur veilig en vast opgeborgen is
.
remmen en verlichting goed functioneren en aan de
wegenverkeerswet voldoen
.
losbreekkabels/veiligheidskettingen op trekkend voertuig
en
aangesloten zijn
De machine moet in horizontale stand gesleept worden teneinde
juiste hantering, remming en verlichting te kunnen onderhouden. Dit
kan bereikt worden door juiste keuze en instelling van sleepkoppeling
op slepend voertuig en, op onderstellen met variabele hoogte, juist
instelling van dissel.
Ter verzekering van geheel efficient remmen, moet de voorste
(sleepoog) sectie altijd horizontaal gezet worden.
Bij afstellen van de hoogte van het verstelbare onderstel:
VEILIGHEID
13
9/235