Inbedrijfstelling
6.3.
Hoekverdraaiing
Uitvoeringen
Nauwkeurigheid
6.3.1.
Hoekverdraaiing op wormwielkasten t/m bouwgrootte 125.3 wijzigen
28
De hoekverdraaiing dient alleen te worden gewijzigd indien de zwenkzone voor het
instellen van de eindaanslagen niet toereikend is.
Afbeelding 23: Typeplaatje met vermelding van de zwenkzone
Bouwgrootten GS 50.3 – GS 125.3 = verstelbare hoekverdraaiing als optie
Bouwgrootten GS 160.3 – GS 250.3 = verstelbare hoekverdraaiing standaard
Bouwgrootten GS 50.3 – GS 125.3 = 0,6°
Bouwgrootten GS 160.3 – GS 250.3 = 0,11° t/m 0,14°
De wijziging wordt in de eindstand OPEN uitgevoerd.
Speciale gereedschappen: drevels voor spanstift
voor GS 50.3 (AUMA art.nr. V001.367-Pos.003)
voor GS 63.3 – GS 80.3 (AUMA art.nr. V001.367-Pos.002)
voor GS 100.3 – GS 125.3 (AUMA art.nr. V001.367-Pos.001)
Afbeelding 24: Eindaanslag (afbeelding toont bouwgrootte 80.3)
[1]
Beschermkap
[2]
Eindaanslag
[3]
Spanstift
[4]
Eindmoer
[5]
Borgringparen (voor OPEN en DICHT)
1.
Beschermkap [1] op eindaanslag [2] losschroeven.
2.
Spanstift [3] met geschikte drevel (speciaal gereedschap) eruit slaan.
3.
Hoekverdraaiing vergroten:
3.1 Eindmoer [4] tegen de wijzers van de klok in (linksom) terugdraaien.
Informatie: Eindmoer [4] slechts zo ver eruit draaien dat de spanstift [3]
nog binnen het sleufgat kan worden ingeslagen.
3.2 Afsluiter handmatig in de gewenste eindstand OPEN bewegen.
3.3 Eindmoer [4] met de wijzers van de klok mee (rechtsom) draaien totdat
deze stevig tegen de aanslagmoer ligt.
GS 50.3 – GS 250.3