5.2 Aansluitschema
Aansluiting
van spanning
Afb. 7
Aansluitschema
Waarschuwing
•
Kabels aangesloten op
– voedingsklemmen,
– uitgangen NC, NO, C en
– start/stop ingang
moeten door middel van versterkte
isolatie van elkaar en de voeding
worden gescheiden.
•
Alle kabels die op een klemmenkast
zijn aangesloten, moeten bij de
klemmen worden vastgebonden.
Betreffende de eisen voor signaaldraden en signaal-
opnemers, zie hoofdstuk 11. Technische gegevens.
Een aansluitvoorbeeld kan worden gevonden op
pagina 342.
188
Uitgangssignaal
1
NC NO C
NC NO C
L
N
Aan/uit ingang
8
2
3
S
T
O
P
N.B.:
•
Als er geen externe aan/uit schakelaar is aange-
sloten, dient de aansluiting over de klemmen
STOP en
gehandhaafd te blijven.
•
Alle kabels moeten tot +85 °C hittebestendig zijn.
•
Alle kabels moeten volgens EN 60204-1 en
EN 50174-2 worden geïnstalleerd: 2000.
•
Als er gebruik wordt gemaakt van een GENI
module, moet het scherm op
ten. Zie pagina 344.
7
worden aangeslo-