Melding
Voorbeeld: meldingstype „Waarschuwing", uitgang 1 dominant UIT, uitgang 2 dominant AAN,
waarschuwingssignaal geactiveerd, uitgang voor waarschuwingssignaal: uitgang 12.
Na meldingsactivatie verschijnt de volgende weergave (oranje):
Voorbeeld: meldingstype „Melding", uitgang 1 dominant UIT, uitgang 2 dominant AAN,
waarschuwingssignaal geactiveerd, uitgang voor waarschuwingssignaal: uitgang 12.
Na meldingsactivatie verschijnt de volgende weergave (geel):
Wordt een uitgang van een uitgangspaar dominant aangestuurd, dan wordt de andere
uitgang van het uitgangspaar uitgeschakeld, indien deze door een functie ingeschakeld
was.
Worden de beide uitgangen van een uitgangspaar gelijktijdig door één of meerdere
meldingen dominant aangestuurd, dan wordt alleen de uitgang met het hoogste nummer
(„DICHT"-commando) geactiveerd.
106