FIETS OP DE ACHTERSTE STAN-
DAARD ZETTEN m).
N
Draai de moer (2) volledig los.
c
Voor de wielcentrering zijn vaste
merktekens (3-4) voorzien, die
zichtbaar zijn in de houders van de ket-
tingspanners op de achtervorkpoten,
voor de wielas.
N
Draai de twee borgmoeren (5) los.
N
Draai aan de stelmoeren (6) en regel de
kettingspanning, ervoor zorgend dat de
merktekens (3-4) correct geplaatst zijn
op beide zijden van de motorfiets.
N
Draai de twee borgmoeren (5) vast.
N
Draai de moer (2) vast.
Aanhaalkoppel voor wielmoer:
100 Nm (10 kgm).
N
Controleer de speling van de ketting, zie
pag. 54 (CONTROLEREN VAN DE
SPELING).
CONTROLEREN VAN DE SLIJTAGE
VAN DE KETTING, HET VOOR - EN
ACHTERTANDWIEL
Controleer vervolgens de ketting, het voor
- en achtertandwiel en ga na of ze geen
van de volgende mankementen vertonen:
N
Beschadigde rollen.
N
Losse bouten.
N
Droge, verroeste, afgeplatte of vastge-
vreten schakels.
N
Extreme slijtage.
N
Extreme slijtage of beschadiging van de
tanden van de tandwielen
a
Indien de kettingrollen bescha-
digd zijn en/of de bouten loszit-
ten moet het volledige kettinge-
lement worden vervangen (voor - en
achtertandwiel en ketting).
a
Smeer de ketting regelmatig,
vooral als bepaalde delen droog
of roestig zijn. De beschadigde
of vastgevreten schakels moeten ge-
smeerd en gerepareerd worden.
Als dat niet mogelijk is, moet u contact
opnemen met een officiële APRILIA-
dealer, die de ketting zal vervangen.
N
Controleer de kettingspanrol (7) op slijta-
ge.
N
Controleer tot slot de slijtage van de be-
schermschoen van de achtervork.
REINIGING EN SMERING
a
Wees uiterst voorzichtig bij het
afstellen, smeren, reinigen en
vervangen van de ketting.
Smeer de ketting om de 500 km (312 mi)
en telkens wanneer nodig.
Smeer de ketting met een vetspray voor
kettingen of met SAE 80W-90 olie.
Reinig de ketting nooit met een waterspuit,
stoom, water onder druk en licht ontvlam-
bare oplosmiddelen.
gebruik en onderhoud RS 125
55