u
Houd minstens een rem ingeknepen en
geef pas gas als u echt gaar rijden.
OPGELET
Niet bruusk starten met een koude
motor.
Om luchtvervuiling en benzineverbruik
te vermijden, is het raadzaam de motor
warm te laten lopen door de eerste
kilometers langzaam te rijden.
Bij een warme motor:
u
Draai de choke "
" (5) omhoog als de
motor opgewarmd is.
STARTEN MET VERZOPEN MOTOR
Als de startprocedure niet correct wordt
uitgevoerd of als er teveel brandstof in de
aanzuigleidingen en in de carburateur zit,
kan de motor verzuipen.
Een verzopen motor moet als volgt
gereinigd worden:
Druk de startknop "
" (3) enkele seconden
lang in (waardoor de motor stationair
draait) met de versnellingshendel (7)
helemaal opengedraaid. (Pos. A).
Starten met een koude motor
Als de omgevingstemperatuur laag is
(gelijk aan of minder dan 0°C) kunt u
moeilijkheden hebben met het starten.
In dit geval:
u
Draai de choke (5) naar beneden.
u
Houd de startknop "
" (3) minstens tien
s e c o n d e n i n g e d r u k t e n d r a a i d e
gashendel (7) tegelijkertijd een beetje.
Op het moment dat de motor start.
u
De gashandel (7) loslaten.
u
Draai de choke "
" (5) omhoog.
Als de motor niet goed blijft draaien op
het stationair toerental, draait u enkele
keren lichtjes aan de gashendel (7).
Als de motor niet start.
Wacht enkele seconden en voer de
startprocedure weer uit.
S T A R T E N N A E E N L A N G D U R I G E
STILSTAND
A l s h e t v o e r t u i g l a n g e r e t i j d h e e f t
s t i l g e s t a a n , l a a t d a n d e s t a r t m o t o r
ongeveer tien seconden draaien zonder
gas te geven zodat het kuipje van de
carburateur kan vollopen.
Geef licht gas om de motor te starten en
volg de startprocedure op.
gebruik en onderhoud RS 50
37