OVERIGE OPNAMEFUNCTIES
1.
Druk tijdens de opnamefunctie (REC) op
[MENU].
2.
Selecteer de "REC" (opname) tab, selecteer
"REC Mode" (opnamefunctie) en druk
vervolgens op [ ].
3.
Gebruik [ ] en [ ] om "
selecteren en druk vervolgens op [SET].
4.
Gebruik [ ] en [ ]
om "Pre-shot" te
selecteren en druk
vervolgens op [SET].
5.
Zet de achtergrond stil op het beeldscherm.
• Hoewel een halfdoorzichtig beeld van de
achtergrond in het beeldscherm verschijnt in stap 6
wordt het achtergrondbeeld op dit moment niet in het
geheugen vastgelegd.
• De instellingen voor de scherpstelling, de belichting,
de witbalans, de zoom en de flitser zijn bij dit type
beeld vastgezet (onveranderbaar).
BESTSHOT" te
75
6.
Lijn vervolgens het
scherpstelkader uit
met het onderwerp en
voer daarbij
compositie uit van
het onderwerp tegen
de halfdoorzichtige
achtergrond die op
het beeldscherm te
zien is. Neem het
beeld op als alles
correct uitgelijnd is.
• Dit neemt het beeld op waarvan de compositie in
stap 6 op het beeldscherm werd gemaakt. Het
achtergrondbeeld dat ter referentie werd gebruikt,
wordt niet opgenomen.
• Wanneer [MENU] ingedrukt wordt op welk moment
dan ook na stap 5 van de bovenstaande procedure,
zal dit het achtergrondbeeld annuleren en wordt
teruggekeerd naar stap 5.
Halfdoorzichtige beeld