ANDERE INSTELLINGEN
Instellen van het volumeniveau
1.
Druk tijdens de opnamefunctie (REC) of
tijdens de weergavefunctie (PLAY) op
[MENU].
2.
Selecteer de "Set Up" (instelling) tab,
selecteer "Sounds" (geluiden) en druk
vervolgens op [ ].
3.
Gebruik [ ] en [ ] om "Volume" te
selecteren.
4.
Gebruik [ ] en [ ] om de gewenste instelling
voor het volume te specificeren en druk
vervolgens op [SET].
• U kunt het volume instellen binnen het bereik lopend
van 0 (geen geluid) tot en met 7 (luidst).
OPMERKING
• De default instelling voor het volume is 3.
Specificeren van een beeld voor het
beginscherm
U kunt een opgenomen beeld specificeren als het beeld voor
het beginscherm, waardoor dit voor ongeveer 2 seconden
op het beeldscherm verschijnt telkens wanneer u de camera
inschakelt, terwijl de functiekeuzeschakelaar op "REC"
(opname) staat.
1.
Druk tijdens de opnamefunctie (REC) of
tijdens de weergavefunctie (PLAY) op
[MENU].
2.
Selecteer de "Set Up" (instelling) tab en
selecteer "Startup" (start) en druk vervolgens
op [ ].
3.
Toon m.b.v. [ ] en [ ] het beeld dat u wilt
gebruiken voor het beginscherm.
4.
Verander de instelling m.b.v. [ ] en [ ]en
druk daarna op [SET].
Om dit te doen:
Gebruik het beeld dat op het
moment wordt getoond als het
beginschermbeeld
Schakel het beginscherm uit
122
Selecteer deze instelling:
On (aan)
Off (uit)