4.1.3. Tweede dag van de tocht
Precies op tijd wordt Mike gewekt door het weksignaal van de Suunto X9. Hij drukt op
een knop om het signaal uit te zetten en controleert de barometerdruk. Hij ziet dat de
druk aan het stijgen is en dat belooft goed weer.
Voordat hij vertrekt, schakelt Mike weer over naar de hoogtemeterfunctie: de
hoogteaanduiding kan hij gebruiken als navigatiehulpmiddel en bovendien kan hij zo
natuurlijk zien hoe ver het nog is tot de top.
Terwijl hij wacht tot z'n ontbijt klaar is, kalibreert hij het kompas om er zeker van te zijn
dat dit de juiste richting aangeeft. Verder stelt hij de afwijking in op Auto zodat hij niet
al te vaak op de kaart hoeft te kijken.
Mike gaat op weg en bepaalt zijn route met behulp van het kompas, de in de Suunto
X9 opgeslagen routes en de hoogtemeter. En natuurlijk met een goede kaart. Net als
bij een gewoon kompas controleert hij zo nu en dan of het kompas goed werkt. Als de
koersindicator niet meer beweegt of de aangegeven windrichtingen nogal
onwaarschijnlijk lijken, kalibreert hij het kompas opnieuw.
Hoewel het weer uitstekend is en er geen wolkje aan de hemel staat, is Mike
voorbereid op een mogelijke 'whiteout', waarbij het zicht tot praktisch nul wordt
gereduceerd en de ontvangst van GPS-signalen slecht kan zijn. Op tochten waarbij
een vergissing niet direct tot dramatische gevolgen zou hebben geleid, heeft hij al
talloze keren geoefend met het bepalen van de koers aan de hand van een kaart en
het invoeren van de juiste gegevens in zijn Suunto X9.
Mike heeft de tocht goed voorbereid, fanatiek getraind op makkelijkere rotswanden, de
juiste uitrusting aangeschaft en geleerd hoe hij die moet gebruiken. En nu is hij
helemaal klaar voor de moeilijke klim naar de top.
72