De parameter DELAY voor input points wordt ingesteld in seconden. In onderstaande tabel worden de
basis instellingen en het bereik voor de verschillende typen ingangen weergegeven;
De parameter MODE -response mode- is alleen beschikbaar voor Apollo Soteria en Discovery
automatische melders. Voor de Soteria en Discovery automatische melders zijn vijf verschillende
response modes -reactie vormen- beschikbaar, met uitzondering van de Soteria Temperatuur Melder,
deze heeft acht response modes.
In elke MODE -response mode- reageert de melder op een unieke manier, op het brand verschijnsel.
Onafhankelijk van het type Soteria of Discovery melder, zal MODE 1 -response mode 1 - een hogere
gevoeligheid geven dan MODE 5 -response mode 5- .
Hoe de melder reageert, is een berekening van de hoeveelheid gemeten verschijnsel van brand, de
toename van het gemeten verschijnsel van brand en de tijd dat het gemeten verschijnsel toeneemt.
De selectie van de best toepasbare mode hangt af van de toepassing. Raadpleeg de technische
product handleiding van de Soteria en Discovery Melders voor meer informatie over response modes.
De basisinstelling voor de MODE van Soteria en Discovery melders is 3.
Alle systeemdelen beschikken over een GEVOELIGHEID instelling. Deze GEVOELIGHEID instelling
wordt aangeduid als SENSITIVITY ADJUST MODE -SAM- instelling.
Indien gewenst kan er per systeemdeel een tweede GEVOELIGHEID instelling worden gemaakt.
Deze tweede GEVOELIGHEID instelling wordt aangeduid als SPECIAL SENSITIVITY MODE -SSM-
INSTELLING. De tweede GEVOELIGHEID instelling wordt geactiveerd en gedeactiveerd door een
klok -SSM KLOK-.
De SSM instellingen gelden binnen de ingestelde kloktijden van de klok -SSM KLOK-. De SSM
instellingen voor ingangen -input points: melders, switch ingangen etc.- gelden voor alle ingangen van
hetzelfde type ingang -optische melder, ionisatie melder, temperatuur melder, switch ingang etc.-
waaraan dezelfde klok -SSM KLOK- is toegewezen.
Elke wijziging van SSM instellingen heeft invloed op de SSM instellingen van alle ingangen van
hetzelfde type en waaraan dezelfde SSM KLOK is toegewezen.
De SAM instelling geldt
In het SPECIAL SENSITIVITY MODE -SSM- venster dient eerst een
buiten de ingestelde
klok -SSM KLOK- ingesteld te worden alvorens de overige parameters
kloktijden van de SSM
instelbaar zijn.
KLOK of als er geen klok
is toegewezen.
De Penta 6000 Centrale beschikt over 10 klokken. Dit betekent dat er op de betreffende centrale
De SSM instelling geldt
maximaal 10 verschillende SSM instellingen mogelijk zijn voor ingangen/melders van een zelfde type.
binnen de ingestelde
Selecteer met de toetsen de parameter SSM KLOK, geef op het nummer van de gewenste
kloktijden van de SSM
SSM KLOK in en druk de (BEVESTIGEN) toets om het nummer van de SSM KLOK op te slaan.
KLOK.
Selecteer met de toetsen opnieuw de parameter SSM KLOK, en druk de (BEVESTIGEN)
toets om de instellingen voor de betreffende KLOK te bekijken of wijzigen.
Nadat een SSM KLOK is ingevoerd zijn de parameters ALARM, VOOR-ALARM, MIN.WAARDE en
DELAY voor de SPECIAL SENSITIVITY MODE -SSM- beschikbaar en kunnen deze worden ingesteld.
50
Range / Type Ingang
Apollo optische, ionisatie en temperatuurmelders
Hochiki optische, ionisatie en temperatuurmelders
Handbrandmelders
Overige Ingangen
Mode
SAM/SSM
Met de menu optie SAM/SSM kan gewisseld worden tussen het
SENSITIVITY ADJUST MODE -SAM- venster en het SPECIAL
SENSITIVITY MODE -SSM- venster.
Per dag van de week zijn er twee tijdblokken beschikbaar. Selecteer
met de toetsen de te wijzigen start of stop tijd en geef de
gewenste tijd in. Druk de (BEVESTIGEN) toets om de instellingen
voor de betreffende KLOK op te slaan en het venster te verlaten. Druk
de ESC (Escape) toets om terug te keren zonder op te slaan.
Menu's
Delay basis instelling
Delay bereik
5 seconden
1-10 seconden
10 seconden
1-20 seconden
0 seconden
1-30 seconden
0 seconden
0-999 seconden