Bedrading
De Penta 6000 Centrale beschikt over aansluitingen voor 230 V AC voeding, lussen sturingen etc. De
aanleg en het type van bekabeling, leidingen etc. en de montage van kabels voor deze aansluitingen
dient te geschieden conform geldende normen.
Netspanning
De netspanning aansluiting in de Penta 6000 Centrale bevindt zich rechts boven tegen de achterkant
van de behuizing.
De netspanning aansluiting van de Penta 6000 Centrale wordt in de figuur
weergegeven. De posities van de aarde, neutral en fase -live- wordt duidelijk
aangegeven op het label naast de connector.
Op de netspanning aansluiting is aan één kant al een kabel gemonteerd welke
middels een steekconnector op de hoofdprint is aangesloten.
De netspanning bekabeling mag niet tegen de printen of de overige
bekabeling aanliggen. Onder de aansluitklemmen voor de netspanning op de Penta 6000 Centrale
mag één ader worden geschroefd. Doorverbindingen onder de aansluitklemmen of lassen in de Penta
6000 Centrale zijn niet toe gestaan.
Zekering Netspanning
In de netspanning aansluiting is een zekeringhouder geïntegreerd. De zekeringhouder bevat een 20 x
5 mm. zekering.
De zekering in het connector blok, voor de netvoeding is als volgt gedimensioneerd: T 3.15A H 250V.
Vervang de zekering alleen door een zekering met dezelfde specificaties.
Aarding
Het is van belang dat de Penta 6000 Centrale altijd geaard wordt. Op het aansluitblok voor de
netspanning is een aarde aansluiting voorzien.
Het chassis, de achterkant en deur zijn op deze aarde aansluitklem aangesloten.
Installatie van de Centrale
De
bekabeling
openingen de behuizing van de Penta 6000
Centrale
binnengeleid.
kabelloop wordt in de figuur weergegeven.
Haal het chassis uit de behuizing en sla de
gewenste uitbreekpoorten voorzichtig met
geschikt gereedschap open. Laat de niet
benodigde uitbreekpoorten gesloten. Monteer
wartels of tules in de geopende invoeren om
beschadiging
voorkomen.
Zorg ervoor dat de netspanningkabel uiterst
rechts boven de behuizing wordt ingevoerd en
gescheiden
ligt
bekabeling.
De netspanningkabel kan ook rechtsonder de
behuizing worden ingevoerd en onder het
chassis
worden
bekabeling
wordt
ingevoerd.
De afscherming van de kabels -uitgezonderd
de netwerk bekabeling- wordt aangesloten op
de aardpunten welke bovenaan, tegen de
achterkant van de behuizing (base)
beschikbaar zijn.
wordt
door
de
uitslag
Een
aanbevolen
van
de
bekabeling
te
van
de
rest
van
de
doorgeleid.
De
overige
van
de
bovenzijde
17