Inhoudsopgave
Advertenties
Relais 1 & Relais 2
De Penta 6000 Centrales beschikken over twee potentiaal vrije relais
uitgangen op de hoofdprint. De relais uitgangen worden op de hoofdprint
aangeduid met RELAY 1 en RELAY 2.
De relais uitgangen zijn onbewaakt en uitgevoerd als een potentiaal vrij
wisselcontact (N/O & N/C). De relais mogen maximaal 1 Ampère / 30 Vac /
Vdc schakelen.
Het schakelen van spanningen hoger dan 30 Vac / Vdc -bijvoorbeeld netspanning- is niet toegestaan.
Indien extra relais uitgangen gewenst zijn kan een Penta 6000 2-Relais Kaart -plug on- of een Penta
6000 Doormeld- & Brandbeveiliging-kaart -plug in- op de hoofdprint van de Penta 6000 Centrale
worden aangesloten.
Indien een afgeschermde kabel voor de sturing is gebruikt, is het van groot belang dat de afscherming
op de aarde aansluitklem in de behuizing van de centrale wordt aangesloten. Tevens is het van belang
dat de afscherming dusdanig geïsoleerd is dat geen verbinding met andere aardpunten (gebouw,
metalen behuizingen) of contact met andere aansluitingen (hoofdprint) kan ontstaan.
In de Penta ConfigTool worden de relais uitgangen in de ON-BOARD overzichten als OUTPUT POINT
weergegeven.
In de tabel worden de adressen en circuitnamen weergeven welke gebruikt worden voor relais
uitgangen op de hoofdprint, in de Penta ConfigTool en in de diverse menu's van de Penta 6000
Centrale.
Met de Penta ConfigTool kunnen diverse paramerters en de activering van de relais uitgangen
geconfigureerd worden. In basis instelling is relais 1 als geinverteerde -fail safe- storing uitgang
gedefinieerd en relais 2 als brand uitgang gedefinieerd.
Bewaakte Uitgangen A t/m D
De Penta 6100 Centrale en Penta 6200 Centrale beschikken over twee bewaakte uitgangen op de
hoofdprint. De bewaakte uitgangen worden op de hoofdprint
aangeduid met SOUNDERS A, B.
De Penta 6400 Centrale beschikt over 4 bewaakte uitgangen op
de hoofdprint. De bewaakte uitgangen worden op de hoofdprint
aangeduid met SOUNDERS A, B, C en D
Elke bewaakte uitgang kan in geactiveerde toestand maximaal 1
Amp. leveren en is elektronisch gezekerd.
De bewaakte uitgangen worden door de Penta 6000 Centrale bewaakt op kortsluiting en op
onderbreking van de lijn. In rust toestand zal er op een bewaakte uitgang een spanning van –3 Volt tot
-7 Volt staan. In geactiveerde toestand zal op een bewaakte uitgang een spanning van +24 Volt staan.
De op de bewaakte uitgang aangesloten apparatuur, zoals sirenes of flitslichten dienen polariteit
afhankelijk te zijn (voorzien van een block diode). Indien de aangesloten apparatuur niet polariteit
afhankelijk is, kan deze met hulp van een diode (1N400X) polariteit afhankelijk gemaakt worden.
In rust toestand mag de aangesloten apparatuur geen stroom trekken uit de bewaakte uitgang.
1
De bewaakte uitgangen C en D zijn alleen op de Penta 6400 Centrale beschikbaar.
Opbouw & Aansluitingen
Programmering
Relais uitgang
Adres
Relais 1
011.0
Relais 2
011.1
1
.
Circuit naam
PANEL REL-1
PANEL REL-2
(Bewaakte Uitgangen)
27
Advertenties
Inhoudsopgave
