Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Zone; Iso; Element Tekst - Hertek Penta 6000 Technische Handleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor Penta 6000:
Inhoudsopgave

Advertenties

De parameter ZONE toont het nummer van de detectie zone waaraan het point -subadres:
individuele ingang / uitgang van een element - is toegewezen. De detectie zones zijn genummerd
van 1 t/m 2000.
In geval van een melding van een point wordt het zone nummer getoond in het display.
Een zone nummer mag maar zijn toegewezen aan points van één Penta 6000 Systeem.
In het menu ZONES kan een project specifieke tekst voor elke zone worden aangemaakt. Deze
tekst wordt eveneens bij een melding in het display getoond.
De parameter ZONE kan manueel worden gewijzigd. Selecteer met de  toetsen het gewenste
systeemdeel -point- en selecteer met de  toetsen de parameter ZONE om het zone nummer te
wijzigen. Voer op het toetsenbord het gewenste zone nummer in en druk de  (BEVESTIGEN) toets
om de invoer te bevestigen.
Het manueel wijzigen van de parameter kan invloed hebben op andere instellingen en configuraties.
Gebruik bij voorkeur de Penta ConfigTool voor het configureren of wijzigen van de zones.
Als de centrale in Core-protocol werkt en het geselecteerde element is
voorzien van een intelligente isolator zal hier een  staan. Is vak leeg,
dan heeft dit element geen intelligente isolator.
Het is mogelijk om een intelligente isolator vanuit de centrale te
activeren. Selecteer met de  toetsen het gewenste systeemdeel
-point- waarvan de isolator geactiveerd dient te worden. Selecteer met
de  toetsen de parameter ISO om de isolator te activeren. Druk nu
op , selecteer ACTIVEER ISOLATOR en de isolator wordt
geactiveerd. In het overzicht verandert het  bij ISO in een ×. Op het
bewuste element zal de indicatie LED oranje branden.
Om de isolator te deactiveren; ga naar ×, druk op  en kies DE-ACTIVEER ISOLATOR. De isolator
wordt nu gedeactiveerd en de indicatie LED op het element zal uit gaan.
Het Penta 6000 Systeem heeft de mogelijkheid om een unieke -voorgeprogrammeerde- tekst van 26
karakters voor elk systeemdeel -point: subadres, melder, circuit, individuele ingang of uitgang van een
element - weer te geven in geval van een melding.
Deze tekst -ELEMENT TEKST- geeft aan in welke ruimte het systeemdeel -point: subadres, melder,
circuit, individuele ingang of uitgang van een element- is geïnstalleerd.
De ELEMENT TEKST geeft samen met de LOCATIE TEKST -zone tekst- een nauwkeurige locatie
van de melding aan. De ELEMENT TEKST van een systeemdeel -point: subadres, melder, circuit,
individuele ingang of uitgang van een element - zal worden weergegeven op het display van een
Penta 6000 Systeem:
in geval van een melding -vooralarm, brand, alarm, storing- van het systeemdeel -point-.
in lijsten met points, zoals deze op het display worden getoond bij het menu WEERGAVE,
INSCHAKELEN, UITSCHAKELEN etc.
Met hulp van de ELEMENT TEKST en de LOCATIE TEKST -zone tekst- kan snel en eenvoudig de
exacte plaats van een melding gelokaliseerd worden of kan eenvoudig in de lijsten het juiste
systeemdeel -point- geselecteerd worden.
De parameter ELEMENT TEKST kan manueel worden gewijzigd. Selecteer met de  toetsen het
gewenste systeemdeel -point-, selecteer met de  toetsen de parameter ELEMENT TEKST en druk
de  (BEVESTIGEN) toets, om de tekst te wijzigen.
Voer op het toetsenbord de gewenste tekst in en druk de  (BEVESTIGEN) toets om de invoer te
bevestigen. Druk de ESC toets om de menu optie te verlaten en terug te keren naar het
TOON/WIJZIG venster.
Het manueel wijzigen van de parameter kan invloed hebben op andere instellingen en configuraties.
Gebruik bij voorkeur de Penta ConfigTool voor het configureren of wijzigen van de ELEMENT
TEKSTEN.

Zone

Iso

Element Tekst

Menu's
45

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave