• Key-start-voertuig: Wanneer de nok in de ONDERHOUDSSTAND staat, kan de monteur de motor in
VOORUIT (F), ACHTERUIT (R) of VRIJLOOP (N) laten draaien om het voertuig een onderhoudsbeurt te
geven en/of te repareren. Indien de vooruit-/achteruithendel echter op VOORUIT (F) of ACHTERUIT (R)
staat en het gaspedaal wordt ingedrukt, zal de motor stilvallen.
OPMERKING: Plaats de vergrendelingsnok na het onderhoud weer in de GEBRUIKSSTAND, anders zal de
motor stilvallen wanneer het gaspedaal wordt ingedrukt en de vooruit-/achteruithendel in
VOORUIT (F) of ACHTERUIT (R) staat.
CHOKE
De choke bevindt zich op het voorpaneel van de bank, onder en links van de linkerknie van de bestuurder
(Figuur 11, pagina 18 en Figuur 12, pagina 18). Indien het voertuig bij koude temperaturen moeilijk start,
gebruikt u de choke:
• Carryall 1: Druk de chokeknop in. Houd de chokeknop tijdens het starten ingedrukt en laat hem los wanneer
de motor start en vlot draait.
• Carryall 2, Carryall 2 Plus en Carryall 6: Trek de chokekabel uit. Houd de chokekabel tijdens het starten
uitgetrokken en laat hem los wanneer de motor start en vlot draait.
Figuur 11 Chokeknop
OLIELAMPJE
De Carryall met benzinemotor heeft op het dashboard, net boven de stuurkolom, een waarschuwingslampje voor
het oliepeil (Figuur 13, pagina 19). Indien dit lampje brandt, moet u de olie controleren en zo nodig olie bijvullen
voor u het voertuig verder gebruikt. U mag het voertuig nooit blijven rijden wanneer het lampje onafgebroken
brandt. Als het lampje aan en uit gaat, mag u blijven rijden maar moet u zo snel mogelijk olie bijvullen. Als het
oliepeil correct is maar het lampje blijft branden, laat u het voertuig dan even nakijken door een getrainde monteur.
∆
VOORZICHTIG
• Als het waarschuwingslampje constant brandt, moet u onmiddellijk olie bijvullen, anders kunt u de
motor blijvend beschadigen.
pagina 18
Handleiding voor de eigenaar van een Carryall benzinevoertuig 2002
Bedieningen en aanwijzers
Figuur 12 Chokekabel