RICHTINGAANWIJZER
D
RECHTS
(groen - knipperend)
Het lampje gaat branden als de richting-
aanwijzerhendel omhoog wordt gezet of,
tegelijkertijd met het lampje van de linker
richtingaanwijzer, als de drukknop voor de
waarschuwingsknipperlichten wordt inge-
drukt.
CRUISE-CONTROL
Ü
(indien aanwezig)
(groen)
Als u de contactsleutel in stand MAR
draait, gaat het lampje branden. Na enke-
le seconden moet het lampje doven.
Het lampje op het instrumentenpaneel
brandt als de draaiknop van de cruise-con-
trol in stand ON staat.
Op enkele uitvoeringen verschijnt een bij-
behorend bericht op het display.
GROOTLICHT
1
(blauw)
Het lampje brandt als het grootlicht is in-
geschakeld.
ASR-SYSTEEM
V
(indien aanwezig)
(geel)
Als u de contactsleutel in stand MAR
draait, gaat het lampje op het instrumen-
tenpaneel branden. Na enkele seconden
moet het lampje doven. Het lampje in de
ASR-knop gaat branden als het systeem
is uitgeschakeld. Het lampje knippert als
het ASR-systeem inschakelt, om de be-
stuurder te waarschuwen dat het systeem
zich aanpast aan de grip op het wegdek.
Het lampje gaat branden, er verschijnt een
bericht op het display en er klinkt een
akoestisch signaal (zoemer) als het ASR-
systeem defect is. Wendt u in dat geval zo
snel mogelijk tot de Fiat-dealer.
De berichten op het display verschijnen
als handmatig de ASR-functie wordt in-/
uitgeschakeld (zie "ASR"-systeem in het
hoofdstuk "Dashboard en bediening").
Op uitvoeringen met alleen een ASR-sys-
teem, blijft bij uitschakeling (ASR OFF) het
lampje altijd branden.
STORING STUUR-
g
BEKRACHTIGING
(rood)
Als u de contactsleutel in stand MAR
draait, gaat het lampje op het instrumen-
tenpaneel branden. Na enkele seconden
moet het lampje doven.
Als het lampje blijft branden, het bericht
op het display blijft weergegeven en er een
akoestisch signaal (zoemer) klinkt, dan
werkt de stuurbekrachtiging niet en is
meer kracht nodig voor het draaien van
het stuur. Wendt u tot de Fiat-dealer.
155