Elektrische aansluiting
Montage
Let voor aansluiting op
het volgende
5.3.2
Parkeerstekker
Toepassing
24
SA 07.2 – SA 16.2/SAR 07.2 – SAR 16.2 Meld- en stuureenheid: elektronisch (MWG)
Afbeelding 17:
Montage met wandbeugel
[1]
Wandbeugel
[2]
Aansluitkabels
[3]
Elektrische aansluiting wandbeugel (XM)
[4]
Elektrische aansluiting aandrijving (XA)
[5]
Elektrische aansluiting besturing (XK) – zgn. klantstekker
Toelaatbare lengte van de aansluitkabels: max. 100 m.
Wij adviseren: AUMA kabelset LSW20.
Indien geen AUMA kabelset wordt toegepast:
-
Geschikte, flexibele en afgeschermde aansluitkabels gebruiken.
-
Voor MWG een aparte, CAN-geschikte datakabel met een karakteristieke
impedantie van 120 Ohm toepassen (bijv. UNITRONIC BUS-FD P CAN
UL/CSA - 2 x 2 0,5 mm², fa. Lapp Benelux, Waalre).
-
Aansluiten van de datakabel: XM2-XA2 = CAN L, XM3-XA3 = CAN H.
-
Voedingsspanning MWG: XM6-XA6 = GND, XM7-XA7 = + 24 V DC (zie
schakelschema).
-
Bij de elektrische aansluiting op de wandbeugel [3] zijn de aansluitingen
in crimptechniek uitgevoerd.
-
Voor het crimpen dient een geschikte 4s-crimptang te worden gebruikt.
-
Aansluitdoorsneden voor flexibele kabeladers:
-
Signaalkabels: max. 0,75 tot 1,5 mm²
-
Aansluiting op het net: max. 2,5 tot 4 mm²
Indien aansluitkabels, bijv. van het verwarmingselement, aanwezig zijn, die direct
van de aandrijving naar de klantstekker XK doorverbonden zijn (XA-XM-XK,
zie schakelschema), dan moet deze bekabeling een isolatietest volgens EN
50178 ondergaan. De aansluitkabels van de MWG zijn hiervan uitgezonderd.
Deze mogen niet aan een isolatietest worden onderworpen.
Parkeerstekker voor het veilig ophangen van een losgenomen stekker.
Ter bescherming tegen het direct aanraken van de contacten en tegen
milieu-invloeden.
AC 01.2 Non-intrusive