SA 07.2 – SA 16.2/SAR 07.2 – SAR 16.2 Meld- en stuureenheid: elektronisch (MWG)
AC 01.2 Non-intrusive
4.
Montage
4.1
Montagepositie
4.2
Handwiel monteren
Informatie
4.3
Multi-turn aandrijving op afsluiter/ tandwielkast monteren
4.3.1
Aandrijfvormen B, B1 – B4 en E
Toepassing
Montage
AUMA aandrijvingen en besturingen kunnen zonder beperkingen in iedere gewenste
montagepositie, worden toegepast.
Om beschadigingen tijdens het transport te voorkomen worden handwielen met een
diameter van 400 mm en groter los meegeleverd.
Afbeelding 5:
Handwiel
[1]
Tussenschijf
[2]
Ingaande as
[3]
Handwiel
[4]
Circlip
1.
Indien noodzakelijk tussenschijf [1] op ingaande as [2] steken.
2.
Handwiel [3] op ingaande as steken.
3.
Handwiel [3] met meegeleverde circlip [4] borgen.
Corrosiegevaar door beschadigingen aan de verf en door vorming van con-
denswater!
Na werkzaamheden aan het toestel eventuele lakbeschadigingen herstellen.
Na de montage het toestel direct elektrisch aansluiten zodat het verwarmingele-
ment de vorming van condenswater verminderen kan.
Voor draaiende, niet stijgende spindel
Niet geschikt voor stangkrachten
Aandrijfvorm boring met spiebaan:
Aandrijfvorm B1 – B4 met boring volgens ISO 5210
Aandrijfvorm B en E met boring volgens DIN 3210
Het is mogelijk om de aandrijfvorm B1 op een later tijdstip te vervangen door
een aandrijfvorm B3, B4 of E.
Montage
13