Werken met de machine
10.2
Aanvang van de werkzaamheden
1. Vlak voor aanvang van het werk het
stapwiel (Afb. 68/1) ontgrendelen (Afb. 68/2)
en neerlaten (regeleenheid naturel) en de
regeleenheid in de zweefstand zetten.
Bij voorkeur wordt de
stapwielbediening via een
regeleenheid met heffen/neerlaten
van de fronttank gekoppeld.
2. Turbine op het vereiste toerental instellen
(regeleenheid rood)
3. Fronttank neerlaten en regeleenheid in
zweefstand zetten
10.3
Keren op wendakker
10.3.1
Mechanische dosering
10.3.2
Elektrische dosering
10.4
Controle na de eerste 30 m
Fronttank FRU/FPU BAH0084.1 06.16
Afb. 68
Er wordt net zolang product door de zaaischijven afgegeven, tot het
gehele transporttraject leeg is.
Til het stapwiel voor het keren op de wendakker op, om schade te
voorkomen.
Wanneer de zaaimachine aan het einde van het veld wordt opgetild,
schakelt de doseerunit op de fronttank automatisch uit.
Na de eerste 30 m op het veld, die met werksnelheid werd afgelegd,
de zaaidiepte van het doseergoed controleren.
87