Pagina 1
Bedieningshandleiding Fronttank FRU 104 FPU 104 Lees en schenk aandacht aan deze bedieningshandleiding voor u de machine in bedrijf MG5244 BAH0084.1 06.16 stelt! Bewaren voor verder gebruik!
Pagina 2
Het mag niet onbelangrijk of overbodig voorkomen, deze gebruiksaanwijzing te lezen en zich aan de aanwijzingen te houden; het volstaat niet van anderen te horen, dat de machine goed is, ze daarom te kopen en te denken dat alles vanzelf gaat.
Pagina 3
Fax.: + 49 (0) 5405 501-234 E-mail: amazone@amazone.de Onderdelenbestelling Onderdelenlijsten zijn te vinden in het onderdeelportaal onder www.amazone.de. Wij verzoeken u uw orders bij uw AMAZONE-dealers te plaatsen. Gegevens over de bedieningshandleiding Documentnummer: MG5244 Productiedatum: 06.16 Copyright AMAZONEN-WERKE H. DREYER GmbH & Co. KG, 2014 Alle rechten voorbehouden.
Pagina 4
Stuur uw opmerkingen per fax naar ons toe. AMAZONEN-WERKE H. DREYER GmbH & Co. KG Postbus 51 D-49202 Hasbergen Tel.: + 49 (0) 5405 501-0 Fax.: + 49 (0) 5405 501-234 E-mail: amazone@amazone.de Fronttank FRU/FPU BAH0084.1 06.16...
Inhoudsopgave Gebruikersadvies ..................8 Doel van het document ......................8 Plaatsaanduidingen in de bedieningshandleiding ..............8 Gebruikte beschrijvingen ......................8 Algemene veiligheidsaanwijzingen ............9 Verplichtingen en aansprakelijkheid ..................9 ...
Pagina 6
Inhoudsopgave Verdeelkop ..........................45 Niveaumelder (optie) ......................45 In bedrijf stellen ..................46 Controleren of de tractor geschikt is ..................47 6.1.1 Berekenen van de daadwerkelijke waarden voor het totale gewicht van de tractor, de ...
Gebruikersadvies Gebruikersadvies Het hoofdstuk Tips voor de gebruiker bevat informatie over het omgaan met de bedieningshandleiding. Doel van het document Deze bedieningshandleiding beschrijft de bediening en het onderhoud van de machine; voorziet u van belangrijke informatie om veilig en efficiënt met de machine te werken;...
Algemene veiligheidsaanwijzingen Algemene veiligheidsaanwijzingen Dit hoofdstuk bevat belangrijke instructies om veilig met de machine te werken. Verplichtingen en aansprakelijkheid Instructies in de bedieningshandleiding opvolgen Kennis van de basisveiligheidsinstructies en veiligheidsvoorschriften is de eerste voorwaarde om veilig en zonder storingen met de machine te kunnen werken.
Pagina 10
Algemene veiligheidsaanwijzingen Gevaren bij het werken met de machine De machine is gebouwd volgens de allernieuwste techniek en de erkende veiligheidstechnische regels. Toch kunnen er zich bij het gebruik van de machine gevaren en beschadigingen voordoen voor het leven van de bestuurder of derden; ...
Algemene veiligheidsaanwijzingen Beschrijving van veiligheidssymbolen Veiligheidsinstructies worden aangegeven met een driehoekig veiligheidssymbool en een signaalwoord. Het signaalwoord (GEVAAR, WAARSCHUWING, VOORZICHTIG) geeft de ernst van het dreigende gevaar aan en heeft de volgende betekenis: GEVAAR verwijst naar een direct gevaar met een hoog risico dat de dood of zwaar lichamelijk letsel (verlies van lichaamsdelen of langdurig letsel) ten gevolge kan hebben als het gevaar niet wordt vermeden.
Algemene veiligheidsaanwijzingen Organisatorische maatregelen De eigenaar moet aan de uitvoerende personen beschermende bekleding aanbieden, zoals: veiligheidsbril, veiligheidsschoenen, beschermende kleding, beschermingsmiddelen voor de huid, etc. De bedieningshandleiding altijd daar bewaren waar de machine wordt gebruikt, moet te allen tijde voor gebruikers en onderhoudsmedewerkers beschikbaar zijn! Controleer regelmatig alle aanwezige veiligheidsinrichtingen!
Algemene veiligheidsaanwijzingen Scholing van de personen Alleen geschoolde en geïnstrueerde personen mogen met/aan de machine werken. De eigenaar dient de bevoegdheden voor het bedienen en onderhouden duidelijk vastleggen. Personen die nog moeten worden opgeleid, mogen alleen onder toezicht van een ervaren persoon met/aan de machine werken. Personen Voor de activiteit...
Algemene veiligheidsaanwijzingen Veiligheidsmaatregelen voor normaal gebruik Gebruik de machine alleen als alle veiligheids- en beschermingsvoorzieningen volledig functioneren. Controleer de machine tenminste een keer per dag op waarneembare schade en het correct functioneren van de veiligheids- en beschermingsvoorzieningen. Gevaren door resterende energie Houd rekening met mechanische, hydraulische, pneumatische en elektrische/elektronische resterende energie in de machine.
Algemene veiligheidsaanwijzingen 2.10 Bouwkundige modificaties Zonder toestemming van AMAZONEN-WERKE zijn modificaties, aan- of ombouw aan de machine niet toegestaan. Dit geldt ook voor laswerkzaamheden aan dragende delen. Voor alle aan- of ombouwwerkzaamheden is schriftelijke toestemming van AMAZONEN-WERKE noodzakelijk. Gebruik uitsluitend de door AMAZONEN-WERKE goedgekeurde ombouwdelen en toebehoren, zodat bijvoorbeeld de goedkeuring volgens nationale en internationale voorschriften van kracht blijft.
Onderdelen, slijtageonderdelen en hulpstoffen Onderdelen van de machine die niet meer in perfecte staat zijn, dienen direct te worden vervangen. Gebruik uitsluitend originele-AMAZONE-onderdelen en slijtdelen of onderdelen die door de AMAZONEN-WERKE zijn toegestaan, waardoor de functionaliteit volgens landelijke en internationale voorschriften gewaarborgd blijft.
Algemene veiligheidsaanwijzingen 2.13 Waarschuwingsstickers en andere tekens op de machine Houd alle waarschuwingsstickers op de machine altijd schoon en goed leesbaar! Vervang onleesbare waarschuwingsstickers. Bestel de waarschuwingsstickers aan de hand van het bestelnummer (bv. MD 075) bij uw dealer. Opbouw waarschuwingssticker Waarschuwingsstickers geven gevaarlijke plaatsen op de machine aan en waarschuwen voor restgevaren.
Pagina 18
Algemene veiligheidsaanwijzingen Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD 077 Gevaar voor het naar binnen trekken of vastgrijpen van armen, veroorzaakt door toegankelijke, bewegende onderdelen die deelnemen aan het arbeidsproces! Veroorzaakt zwaar lichamelijk letsel aan het gehele lichaam met mogelijk dodelijke afloop. Kom nooit met handen in de gevarenzone ...
Pagina 19
Algemene veiligheidsaanwijzingen MD095 Voor ingebruikname de bedieningshandleiding en veiligheidsaanwijzingen lezen en in acht nemen! MD 097 Gevaar voor bekneld raken van het hele lichaam als gevolg van het aanwezig zijn binnen het hefbereik van de driepuntsophanging bij het bedienen van de driepuntshydraulica! Veroorzaakt zwaar lichamelijk letsel aan het gehele lichaam met mogelijk dodelijke afloop.
Algemene veiligheidsaanwijzingen 2.13.1 Plaats van de waarschuwingsstickers en overige aanduidingen De volgende afbeeldingen geven aan waar de waarschuwingsstickers op de machine zijn aangebracht. Afb. 1 Afb. 2 Fronttank FRU/FPU BAH0084.1 06.16...
Algemene veiligheidsaanwijzingen 2.14 Gevaren bij het negeren van de veiligheidsinstructies Het negeren van de veiligheidsinstructies kan personen in gevaar brengen, schadelijk zijn voor het milieu en beschadigingen aan de machine veroorzaken. kan leiden tot het verlies van alle aanspraken op schadevergoeding.
Algemene veiligheidsaanwijzingen 2.16 Veiligheidsinstructies voor de gebruiker WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten vanwege het ontbreken van verkeers- en gebruiksveiligheid! Telkens voor het gebruik machine en trekker controleren op verkeers- en gebruiksveiligheid! 2.16.1 Algemene veiligheidsinstructies en voorschriften ter voorkoming van ongevallen ...
Pagina 23
Algemene veiligheidsaanwijzingen Het is verboden bij het aankoppelen tussen de aan te koppelen machine en achteruitrijdende tractor te gaan staan! Aanwezige personen mogen alleen aanwijzingen geven als zij naast het voertuig staan en pas na stilstand tussen tractor en machine gaan staan.
Pagina 24
Algemene veiligheidsaanwijzingen Werken met de machine Maak uzelf voordat u met de werkzaamheden begint vertrouwd met de uitrusting en bedieningselementen van de machine en hun functies. Tijdens het werk is het daarvoor te laat! Draag strak zittende kleding! Losse kleding verhoogt het risico op vastgrijpen of opwikkelen door aandrijfassen! ...
Pagina 25
Algemene veiligheidsaanwijzingen Gebruik zo nodig gewichten aan de voorzijde! De vooras van de tractor dient altijd met minimaal 20 % van het eigen gewicht van de tractor worden belast, om zeker te zijn van voldoende stuurvermogen. Bevestig gewichten aan voor- of achterzijde altijd in overeenstemming met de voorschriften aan de daartoe bestemde bevestigingspunten! ...
Algemene veiligheidsaanwijzingen 2.16.2 Aangekoppelde werktuigen Bij het aankoppelen moeten de aanbouwcategorieën van tractor en machine overeenstemmen of op elkaar worden aangepast. Voorschriften van de fabrikant opvolgen! Voor het aan- en afbouwen van de machine aan de driepuntsophanging de bedieningshendel in een stand zetten, waarbij onbedoeld heffen en zakken is uitgesloten! ...
Vervang beschadigde en verouderde hydraulische slangen! Gebruik uitsluitend originele hydraulische slangleidingen van AMAZONE! Gebruik hydraulische slangen niet langer dan zes jaar. Dat is inclusief een eventuele opslagtijd van maximaal twee jaar. Dat is inclusief een eventuele opslagtijd van maximaal twee jaar.
Algemene veiligheidsaanwijzingen 2.16.4 Elektrisch systeem Bij werkzaamheden aan het elektrische systeem dient u altijd de accu (minpool) los te koppelen! Gebruik uitsluitend de voorgeschreven zekeringen. Het gebruik van te zware zekeringen veroorzaakt onherstelbare schade aan het elektrische systeem – brandgevaar! ...
Maak voordat u elektrisch gaat lassen aan tractor en aangebouwde machines eerst de kabel van de dynamo en accu van de tractor los! Onderdelen moeten minimaal voldoen aan de door AMAZONEN-WERKE vastgestelde technische eisen. Originele AMAZONE-onderdelen voldoen aan deze eisen! Fronttank FRU/FPU BAH0084.1 06.16...
Op- en afladen Op- en afladen Verladen met een kraan Het pictogram (Afb. 3) geeft de plaats aan waar de riem voor het oplichten van de machine met een kraan moet worden bevestigd. GEVAAR Bevestig de riem voor het verladen van de machine met een kraan alleen op het gemarkeerde punt.
Productbeschrijving Productbeschrijving Dit hoofdstuk geeft een uitgebreid overzicht over de opbouw van de machine. geeft de benaming van de afzonderlijke bouwgroepen en stelelementen. Lees dit hoofdstuk indien mogelijk direct bij de machine. Zo kunt u zich optimaal vertrouwd maken met de machine. Overzicht –...
Pagina 32
Productbeschrijving Afb. 6/… (7) Werkverlichting (8) Turbine voor transport van het doseermedium (9) Transmissie voor instelling van de doseerhoeveelheid (10) Stapwiel (bij mechanische aandrijving van de dosering) Alleen bij eigen bedieningsterminal: genereren van de impulsen/100 m voor berekening van de werksnelheid Afb.
Productbeschrijving Veiligheids- en beschermingsvoorzieningen Afb. 9/… (1) Steunvoet nodig voor het neerzetten van de machine en bij instelwerkzaamheden. (2) Pennen in de plaatsingspositie (3) Parkeerpositie voor steunvoet Afb. 9 Afb. 10/… (1) Afdraaiknop (2) Steekgreep Afb. 10 Afb. 11/… (1) Beschermrooster Afb.
Productbeschrijving Extra gewichten (optie, alleen FRU) Ter verhoging van de vooraslast van de tractor kan de fronttank FRU worden uitgerust met extra gewichten (maximaal 900 kg). Het gebruik van extra gewichten vraagt om Steunen, voor het veilig neerzetten van de ...
Productbeschrijving Opbouw 500L (optie) Ter vergroting van de slagkracht kan het tankvolume met een opbouw (Afb. 14/1) tot 2000 l worden verhoogd. Afb. 14 Voedingsleidingen tussen tractor en machine Voedingsleiding in parkeerpositie: (1) Hydraulische slangleidingen (2) Datakabel Afb. 15 Fronttank FRU/FPU BAH0084.1 06.16...
Productbeschrijving Verkeerstechnische uitrusting Afb. 16/… (1) 2 naar voren gerichte waarschuwingsborden (2) 2 naar voren gerichte werkschijnwerpers Opmerking: het gebruik van de werkschijnwerper is alleen op het veld toegestaan. (3) Waarschuwingspanelen aan de zijkant (optie, niet voor alle landen) Afb. 16 Afb.
het uitsluitend gebruiken van originele AMAZONE-onderdelen. Het op andere wijze gebruiken dan hierboven is vermeld, is verboden en geldt als gebruik in strijd met de voorschriften. Voor schade die voortvloeit uit gebruik in strijd met de voorschriften ...
Productbeschrijving Gevarenzone en gevaarlijke plaatsen De gevarenzone is de omgeving van de machine waarin personen binnen het bereik zijn van arbeidsbewegingen van de machine en zijn gereedschappen; door de machine naar buiten geslingerde materialen of voorwerpen; onbedoeld wegrollen van de tractor en de machine. De gevarenzone van de machine bevat gevaarlijke plaatsen met permanente of onverwacht optredende risico's.
Productbeschrijving Typeplaatje en CE-markering De volgende afbeeldingen tonen de plaatsen van het typeplaatje en de CE-markering. Op het typeplaatje staan: Serienummer van de machine Type Basisgewicht kg Toel. systeemdruk (bar) Toel. totaalgewicht kg Fabriek ...
Productbeschrijving 4.10 Technische gegevens Fronttank FRU Fronttank FPU (zonder bandenpacker) (met bandenpacker) Voor achtermachines Voor achtermachines tot 6 m werkbreedte tot 6 m werkbreedte Aantal doseringen/verdelerkoppen Leeggewicht [kg] 1195 Totale breedte [mm] 2670 2670 Tankinhoud zonder opbouw 1500 1500 Tankinhoud met opbouw 2000 2000 Vulhoogte...
Productbeschrijving 4.11 Benodigde tractoruitrusting Om de machine in overeenstemming met de voorschriften te gebruiken, dient de tractor te voldoen aan de volgende voorwaarden. Elektrische installatie Benodigde vermogen van de tractordynamo 12V bij 30 A Verlichtingstekker: 7-polig Hydraulisch systeem Maximale werkdruk: 210 bar Pompcapacitieit tractor: minimaal 80 l/min bij 180 bar...
Opbouw en werking Opbouw en werking Afb. 20 De fronttank (Afb. 20/1) is op de fronthydrauliek van de tractor bevestigd en bedoeld voor het meenemen van kunstmest of zaaigoed. De fronttank FPU is op een stuurbare bandenpacker gemonteerd. De bandenpacker drukt de grond over een breedte van circa 1,60 m voor de tractor aan.
Opbouw en werking Doseerrol De doseerunit kan optioneel met verschillende doseerrollen worden uitgerust. De doseerrollen moeten op het doseergoed worden afgestemd. De keuze van de doseerrol is afhankelijk van de korrelgrootte van het zaaigoed de zaaihoeveelheid. Bij korrelvormige kunstmest wordt gebruik van de polyurethaan doseerrol geadviseerd! De doseerrollen worden naar keuze...
Opbouw en werking Elektrische dosering Bij de elektrische dosering drijft een elektromotor (Afb. 24/1) de doseerrol aan. De openingsklep is vergrendeld met een borghendel (Afb. 24/2). Alleen bij stilstaande aandrijving met de steeksleutel (zie Afb. 10/2) losmaken. Het aandrijftoerental van de doseerrol ...
Opbouw en werking Verdeelkop In de verdeelkop (Afb. 26/1) wordt het doseergoed gelijkmatig verdeeld over alle aangesloten zaaischijven. De verdeelkop is op de achtermachine bevestigd. Afb. 26 Niveaumelder (optie) Een capacitieve sensor (Afb. 27/1), aangesloten op de bedieningsterminal bewaakt het niveau in de fronttank.
In bedrijf stellen In bedrijf stellen Dit hoofdstuk voorziet u van informatie over het in bedrijf stellen van uw machine. de wijze waarop u kunt controleren of u de machine aan uw tractor kunt aankoppelen. Voor het inbedrijfstellen van de machine moet de gebruiker deze handleiding hebben gelezen en begrepen.
In bedrijf stellen Controleren of de tractor geschikt is WAARSCHUWING Het negeren van de gebruiksvoorschriften kan leiden tot gevaar voor breuk, onvoldoende stabiliteit en onvoldoende stuur- en remvermogen van de tractor! Controleer of uw tractor geschikt is voordat u de machine aan de tractor koppelt.
In bedrijf stellen 6.1.1 Berekenen van de daadwerkelijke waarden voor het totale gewicht van de tractor, de belastingen van de tractorassen, de draagvermogens van de banden en het minimaal benodigde ballastgewicht Het toelaatbare totaalgewicht van de tractor, aangegeven in het kentekenbewijs, dient hoger te zijn dan de som van ...
In bedrijf stellen 6.1.1.1 Benodigde gegevens voor de berekening (aangebouwde machine) Afb. 28 [kg] Eigen gewicht van tractor zie bedieningshandleiding van de [kg] Voorasbelasting van de lege tractor tractor/keuringsbrief [kg] Achterasbelasting van de lege tractor Totale gewicht van de aangehangen zie technische gegevens [kg] machine of gewicht achter...
In bedrijf stellen 6.1.1.2 Berekening van het vereiste minimale ballastgewicht voor G om de V min bestuurbaarheid te waarborgen Voer de waarde van het berekende minimale ballastgewicht G V min dat aan de voorzijde van de tractor nodig is, in de tabel (hoofdstuk 6.1.1.7) in.
In bedrijf stellen 6.1.1.7 Tabel Daadwerkelijke waarde Toelaatbare waarde Dubbel toelaatbaar volgens berekening volgens draagvermogen bedieningshandleiding (twee banden) van tractor Minimaal ballastgewicht voor/achter Totaalgewicht Voorasbelasting Achterasbelasting Raadpleeg het kentekenbewijs van uw tractor voor de toelaatbare waarden voor het totaalgewicht van de tractor, de asbelastingen en het draagvermogen van de banden.
In bedrijf stellen Tractor/machine beveiligen tegen onbedoeld starten en wegrollen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, afsnijden, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, vastgrijpen en stoten bij handelingen aan de machine door onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van de tractor opgeheven, onbeveiligde machine;...
In bedrijf stellen Montagevoorschrift aansluiting turbine op de tractorhydraulica De stuwdruk in de lekolieaansluiting mag niet meer zijn dan 5 bar. Volg daarom de montagevoorschriften bij het aansluiten van de hydraulische turbineaansluiting op. Sluit de hydraulische koppeling van de drukleiding (zie ook hoofdstuk 7.2.1.1, pagina 63) aan op een enkel- of dubbelwerkende tractorregeleenheid met voorrang.
In bedrijf stellen Het slangenpakket op de tractor aanpassen Het slangenpakket bestaat uit een stalen buis (Afb. 29/1) waarin het doseergoed van de fronttank naar de achteraanbouwmachine wordt getransporteerd. hydraulische leidingen en datakabels (Afb. 29/2). De transportbuis horizontaal of onder licht afschot vanaf de fronttank met minimaal twee houders voor en achter op de tractor bevestigen.
Pagina 55
In bedrijf stellen Houders slangenpakket De getoonde houders (Afb. 31) zijn niet meegeleverd. Om de aanbouw gemakkelijker te maken, bevat het slangenpakket diverse adapterplaten voor de montage. Afb. 31 Bij tractoren met cabinevering de instructies van de fabrikant aanhouden. De houders mogen niet aan de verende cabine worden gemonteerd.
Pagina 56
In bedrijf stellen Afb. 33 De stalen buis ( /1) met de flexibele slang Afb. 33 /2) met de fronttank en de Afb. 33 achterbouwmachine verbinden. De lengte van de flexibele slang aanpassen en zo dimensioneren dat deze niet knikt of klemt bij ...
Machine aan- en afkoppelen Machine aan- en afkoppelen Volg bij het aan- en afkoppelen van de machine de veiligheidsaanwijzingen op van hoofdstuk "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", op pagina 22. WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken door onbedoeld starten en wegrollen van de machine en tractor bij het aan- of afkoppelen van de machine.
Pagina 58
Machine aan- en afkoppelen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten als de machine onbedoeld loskomt van de tractor! Gebruik de daartoe bestemde inrichtingen om de tractor en machine in overeenstemming met de voorschriften aan elkaar te koppelen.
Machine aan- en afkoppelen Machine aankoppelen GEVAAR Fronttank voor het vullen aan de tractor koppelen. 1. Controleer, of de aanbouwcategorieën van de machine en tractor identiek zijn. Trekstang cat II (Afb. 34/1) Topstangpen cat. II (Afb. 34/3). 2. De topstangpen met een lunspen borgen. 3.
Pagina 60
Machine aan- en afkoppelen 12. De flexibele slang op de stalen buis steken en met snelkoppelingen (Afb. 35/1) borgen. Afb. 35 13. De steunpoot (Afb. 36) naar boven schuiven en met de eerder losgemaakte pen vastzetten en met een veerclip borgen. 14.
Machine aan- en afkoppelen Hydraulische slangen WAARSCHUWING Infectiegevaar door hydraulische olie die onder hoge druk naar buiten stroomt! Bij het aansluiten en loskoppelen van de hydraulische slangen moet het hydraulische systeem van zowel de tractor als van de machine drukloos zijn! Raadpleeg bij letsel door hydraulische olie direct een arts.
Machine aan- en afkoppelen 7.2.1 Hydraulische slangen aansluiten WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten door functiestoringen als gevolg van verkeerd aangesloten hydraulische slangen. Let bij het aansluiten van de hydraulische slangen op de kleurmarkeringen op de hydraulische stekkers. ...
Machine aan- en afkoppelen 7.2.1.1 FRU/FPU in combinatie met ED xx00-2 FC Tractorregeleenhei Omschrijving Functie enkel - Beige Stapwielbediening oplichten werkend enkel - Hydromotor van turbine inschakelen werkend Drukleiding met voorrang (ca. 38 l/min.) Alleen bij FRU/FPU: aansluiting hydrodoseermotor in inschakelen Rood serie met hydraulische turbinemotor...
Machine aan- en afkoppelen 7.2.2 Hydraulische slangen loskoppelen 1. Zet de bedieningshendel op de regeleenheid in de tractor in de zweefstand (neutrale stand). 2. Verwijder de hydraulische stekkers uit de hydraulische moffen. 3. Leg de hydraulische slangen in de slanghouder. Afb.
Machine aan- en afkoppelen 7.2.3 Manometer aansluiten Alleen in combinatie met een mechanische aandrijving: De manometer (Afb. 42/1) op de slang (Afb. 42/2) aansluiten. Afb. 42 7.2.4 Stroomaansluitingen Afhankelijk van de uitrusting van de machine kan de elektrische koppelingsprocedure variëren. Sluit de elektrische leidingen aan op de de tractor en/of de achtermachine.
Machine aan- en afkoppelen Machine van de tractor afkoppelen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten door onvoldoende stabiliteit en omkantelen van de afgekoppelde machine! Zet de machine op een vlakke en stevige ondergrond. GEVAAR Fronttank leegmaken voor het afkoppelen van de tractor.
Instellingen Instellingen GEVAAR Instellingen alleen uitvoeren bij neergelaten machine, aangetrokken tractorhandrem, uitgeschakelde tractormotor, verwijderde contactsleutel. WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, schuren, snijden, afsnijden, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, vastgrijpen en stoten door onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van de tractor opgeheven machine;...
Instellingen Doseerrol uit-/inbouwen Voor het vullen moet worden gecontroleerd welke doseerrol is ingebouwd. Eventueel de doseerrol vervangen! Aanbeveling bij kunstmestdosering: polyurethaan-doseerrol Vervangen van de doseerrol bij gevuld voorraadreservoir: 1. De moer losmaken (Afb. 46/1) en de borging openen (Afb. 46/2). 2.
Pagina 69
Instellingen 5. Twee moeren (Afb. 48/1) met de steekgreep (zie Afb. 10/2) losdraaien, niet afschroeven. 6. Draai het lagerdeksel (Afb. 48/2) en verwijder het (Afb. 48/3). Afb. 48 7. Trek de doseerrol uit de doseerunit naar buiten. 8. De montage van de gewenste doseerrol gebeurt in omgekeerde volgorde.
Instellingen Doseerhoeveelheid instellen Afhankelijk van de uitrusting van de machine moeten voor het kalibreren van de zaaihoeveelheid instellingen aan doseerunit, Variotransmissie, of bedieningsterminal worden uitgevoerd. 8.2.1 Mechanische doseeraandrijving Iedere instelling met een afdraaiproef controleren (zie hoofdstuk "Afdraaiproef", op pagina 71). 1.
Instellingen 8.2.1.1 Afdraaiproef Met de afdraaiproef controleren of de gewenste hoeveelheid wordt uitgebracht. 1. Fronttank minimaal 1/4 met kunstmest vullen. 2. Opvangschalen uit de transporthouder nemen. De opvangschalen (Afb. 51/2) worden tijdens transport op elkaar gelegd met een borgclip (Afb. 51/1) vastgezet. Afb.
Pagina 72
Instellingen 5. Afdraaikruk uit de parkeerpositie (Afb. 53/1) nemen en in het vierkante gat van het stapwiel (Afb. 53/2) steken. 6. Het stapwiel met de afdraaikruk net zolang linksom ronddraaien (zie Afb. 53), tot alle kamers van de doseerwielen met doseergoed zijn gevuld en een ononderbroken stroom in de opvangschalen stroomt.
Pagina 73
Instellingen 10. Het stapwiel met het aantal slingeromwentelingen volgens de tabel (Afb. 54) met de klok mee ronddraaien. 11. De opgevangen doseerhoeveelheid rekening houdend met het tankgewicht op het inhangpunt (Afb. 55/2) wegen (Afb. 55/1) en afhankelijk van de gekozen tabelkolom vermenigvuldigen met de factor "10"...
Instellingen 8.2.1.2 Bepaling van de stand van de aandrijving met behulp van de rekenschijf Voorbeeld: Waarden van de afdraaiproef berekende afgifte: ~ 175 kg/ha stand van de aandrijving: gewenste afgifte: 125 kg/ha. 1. De waarden van de afdraaiproef Berekende strooihoeveelheid 175 kg/ha (Afb.
Instellingen 8.2.2 Elektrische doseeraandrijving Houd voor het afdraaien van de doseerhoeveelheid met de bedieningsterminal altijd de bijbehorende handleidingen aan! 1. Voorraadbak voor minstens 1/4 met kunstmest vullen. 2. Opvangschalen uit de transporthouder nemen. De opvangschalen (Afb. 57/2) worden tijdens transport op elkaar gelegd met een borgclip (Afb.
Pagina 76
Instellingen 5. Houd voor het vullen van de doseercellen de handleiding van de machinesoftware aan. 6. De opvangschalen leegmaken (niet in de voorraadtrechter gooien wanneer de turbine nog loopt). 7. Opvangschaal opnieuw onder de doseeraggregaat plaatsen. 8. Afdraaiproef aan de hand van de handleiding van de machinesoftware uitvoeren.
Instellingen 8.2.3 Instelinstructies voor strooihoeveelheid De strooihoeveelheid kan variëren afhankelijk van de soort kunstmest en de kwaliteit. Elke soortwisseling en elke instelling met een afdraaiproef controleren. 8.2.3.1 Diammoniumfosfaat 18 – 46 – 0 / 0,97 kg/l De maximale strooihoevelheid van de FRU104/FPU104 wordt alleen bereikt bij horizontale uitlijning van de machine en het maximale turbinetoerental (4000 1/min).
Instellingen Turbinetoerental instellen GEVAAR Het maximale turbinetoerental van 4000 1/min mag niet worden overschreden. Het turbinetoerental verandert net zolang tot de hydrauliekolie op bedrijfstemperatuur is gekomen. Bij het in bedrijfstellen het turbinetoerental tot het bereiken van de bedrijfstemperatuur voortdurend corrigeren. Wanneer de turbine na langere tijd van stilstand opnieuw in bedrijf wordt gesteld, wordt het ingestelde turbinetoerental pas bereikt zodra de hydraulische olie op bedrijfstemperatuur is.
Instellingen 8.3.1 Turbinetoerental instellen met het stroomregelventiel van de tractor 1. Kunstmestbak vullen. 2. Motor van de tractor starten en met verhoogd toerental laten draaien. 3. De zaaiaggregaten laten starten en de precisiezaaischijven met zaadkorrels bezetten 4. Op de regeleenheid van de tractor de oliehoeveelheid (aan de hand van de handleiding van de tractor) instellen.
Instellingen Niveausensor instellen De hoogtepositie van de niveausensor kan alleen bij een lege fronttank worden ingesteld: 1. Vleugelmoer (Afb. 64/2) losdraaien. 2 De hoogtepositie van de niveausensor (Afb. 64/1) instellen overeenkomstig de gewenste resterende hoeveelheid doseergoed aan de handgreep (Afb. 64/3). 3 Vleugelmoer aandraaien.
Transportritten Transportritten Bij het transport op openbare wegen moeten tractor en machine voldoen aan de nationale verkeersvoorschriften (in Duitsland volgens StVZO en StVO) en de ongevallenpreventie voorschriften. De eigenaar van het voertuig en de chauffeur zijn er verantwoordelijk voor, dat deze wettelijke bepalingen worden opgevolgd. Bovendien moeten de aanbevelingen in het hoofdstuk voor en tijdens de rit, worden opgevolgd.
Pagina 82
Transportritten WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken of stoten door onvoldoende stabiliteit en omkantelen. Houd een rijstijl aan waarbij u de tractor met aan- of afgekoppelde machine op elk moment onder controle hebt. Houd daarbij rekening met uw persoonlijke capaciteiten, de omstandigheden op de weg, van het verkeer, uw zicht, het weer en de rijeigenschappen van de tractor en de invloed van de aangebouwde of aangekoppelde machine.
Transportritten Machine in transportstand zetten WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, schuren, snijden, afsnijden, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, vastgrijpen en stoten door onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van de tractor opgeheven machine. onbedoeld zakken van opgeheven, onbeveiligde onderdelen van de machine.
Pagina 84
Transportritten De waarschuwingsstickers en gele reflectoren moeten schoon en onbeschadigd zijn. Schakel het zwaailicht (indien aanwezig) vóór het rijden in en controleer de werking (voor een zwaailicht is een vergunning nodig). De afstand van het midden van het stuurwiel tot de voorkant van de fronttank is meer dan 3,50 m.
Werken met de machine Werken met de machine Houd u bij het werken met de machine aan de aanwijzingen van hoofdstukken "Waarschuwingsstickers en andere tekens op de machine", vanaf op pagina 17 en "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", op pagina 22. Het opvolgen van deze aanwijzingen is voor uw eigen veiligheid.
Werken met de machine WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten door onbedoeld losgaan van de gemonteerde/aangekoppelde machine! Controleer vóór elk gebruik van de machine door middel van een visuele controle of de top- en trekstangpennen met lunspennen zijn geborgd.
Werken met de machine 10.2 Aanvang van de werkzaamheden 1. Vlak voor aanvang van het werk het stapwiel (Afb. 68/1) ontgrendelen (Afb. 68/2) en neerlaten (regeleenheid naturel) en de regeleenheid in de zweefstand zetten. Bij voorkeur wordt de stapwielbediening via een regeleenheid met heffen/neerlaten van de fronttank gekoppeld.
Werken met de machine 10.5 Tijdens het werk 10.5.1 Toerentalsensor turbine Een sensor (optie, afhankelijk van de uitrusting) bewaakt het toerental van de transportturbine in de fronttank. Bij stilstand van de transportturbine tijdens het werken klinkt in de bedieningsterminal een alarm. 10.5.2 Toerentalsensor doseeras Een sensor (optie, afhankelijk van de uitrusting) bewaakt het toerental...
Werken met de machine 10.7 Fronttank en/of doseerunit leegmaken 1. Trek de handrem aan, zet de tractormotor af en trek de contactsleutel uit het slot. 2. Sluit de schuif (Afb. 70/1) als u alleen de zaaigoed-doseerunit en niet de fronttank wilt legen zie hoofdstuk "Doseerrol uit-/inbouwen", op pagina 68...
Werken met de machine 5. Open de klep voor het legen van de resterende hoeveelheid door aan de knop (Afb. 72/1) te draaien. 6. Maak de doseerunits en de doseerrollen volledig leeg: Bij mechanische aandrijving het stapwiel net zoals bij de afdraaiproef met de afdraaikruk (Afb.
Storingen Storingen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, schuren, snijden, afsnijden, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, vastgrijpen en stoten door onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van de tractor opgeheven machine. onbedoeld zakken van opgeheven, onbeveiligde onderdelen van de machine. ...
Reinigen, service en onderhoud Reinigen, service en onderhoud WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, schuren, snijden, afsnijden, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, vastgrijpen en stoten door onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van de tractor opgeheven machine. onbedoeld zakken van opgeheven, onbeveiligde onderdelen van de machine.
Reinigen, service en onderhoud 12.1 Machine reinigen GEVAAR Adem het giftige stof van ontsmettingsmiddel niet in en laat het niet in contact komen met het lichaam. Bij het leegmaken van de zaadkasten en separatie en bij het verwijderen van ontsmettingsmiddelstof, bijv. met perslucht, moet een beschermend pak, een veiligheidsmasker, een veiligheidsbril en handschoenen worden gedragen.
Pagina 94
Reinigen, service en onderhoud 1. Trek de handrem aan, zet de tractormotor af en trek de contactsleutel uit het slot. 2. De fronttank en de doseerunit leegmaken. 3. De verdelerkoppen reinigen. Afb. 75 4. Reinig de machine met water of een hogedrukreiniger.
Reinigen, service en onderhoud 12.1.1 Turbineschoepen reinigen GEVAAR Het water wordt bij het schoonmaken door de uitgang van de turbine weggeslingerd. Een veiligheidsbril dragen! GEVAAR Niet in de open slangaansluiting grijpen. De lans van de hogedrukspuit niet in de opening van de zuigaansluiting houden.
Reinigen, service en onderhoud 12.2 Onderhouds- en verzorgingsschema – overzicht Voer de onderhoudswerkzaamheden uit zodra de eerste termijn is bereikt. Tijdsintervallen, draai-uren van de motor of service-intervallen van de eventueel bijgeleverde documenten van derden hebben voorrang. Vakwerkplaats Hydraulische slangleidingen hfdst. 12.2.7 Vóór het eerste controleren.
Reinigen, service en onderhoud Regelmatig uit te voeren onderhoudswerkzaamheden Hydraulische slangleidingen Elke week controleren en onderhouden. Vakwerkplaat hfdst. 12.2.7 (minimaal elke De eigenaar dient de inspectie te 50 bedrijfsuren) noteren. Bandenspanning van de hfdst. 12.2.3 Elke 2 weken bandenpacker controleren Hydraulische slangleidingen Elke 6 maanden controleren en onderhouden.
Reinigen, service en onderhoud 12.2.2 Aantrekkoppel van de wielbouten Aantrekkoppel Banden wielbouten 400/60-15.5 350 Nm Afb. 79 12.2.3 Bandenspanning van de bandenpacker controleren Op aanhouden van de bandenspanning controleren Controle-intervallen in acht nemen (zie hoofdstuk Onderhouds- en verzorgingsschema – overzicht, op pagina 96). Banden 400/60-15.5 Nominale...
Reinigen, service en onderhoud 12.2.4 Oliepeil in de aandrijfbak controleren: Oliepeil in de aandrijfbak controleren: 1. Zet de machine op een horizontale ondergrond. 2. Controleer het oliepeil. Het oliepiel moet in het kijkglas (Afb. 81/1) zichtbaar zijn. 3. De olievulopening (Afb. 81/2) is bedoeld om tranmissieolie bij te vullen ...
Vervang beschadigde en verouderde hydraulische slangen! Gebruik uitsluitend originele hydraulische slangen van AMAZONE. Gebruik hydraulische slangen niet langer dan zes jaar. Dat is inclusief een eventuele opslagtijd van maximaal twee jaar. Dat is inclusief een eventuele opslagtijd van maximaal twee jaar.
Reinigen, service en onderhoud 12.2.7.1 FRU/FPU in combinatie met ED xx00-2 FC Afb. 83 Afb. Naam Aanw. 83/… 0050 Aanvoer: persleiding met prioriteit 0100 Regelblok ED Profi 0300 Aandrijving overbrengingsas Keuze-uitrusting: retour van 400, drukloze leiding met steekkoppeling "Groot" 0310 Drukfilter Hydraulische turbinemotor N = 4000...
Reinigen, service en onderhoud 12.2.7.2 Kenmerking van hydraulische slangleidingen De aanduidingen op de slangen hebben de volgende betekenis: Afb. 84/... (1) Type-aanduiding van de fabrikant van de hydraulische slangleiding (A1HF) (2) Productiedatum van de hydraulische slang (11/02 = jaar / maand = februari 2011) (3) Maximaal toelaatbare bedrijfsdruk (210 bar).
Reinigen, service en onderhoud 12.2.7.4 Criteria voor de inspectie van hydraulische slangleidingen Hanteer de volgende inspectiecriteria voor uw eigen veiligheid en voor de beperking van de belasting van het milieu! Vervang de hydraulische slangleiding wanneer u bij de inspectie het volgende heeft vastgesteld: ...
12.2.7.5 Monteren en demonteren van hydraulische Neem bij het monteren en demonteren van hydraulische slangen de volgende aanwijzingen in acht: Gebruik uitsluitend originele hydraulische slangen van AMAZONE. Zorg voor een schone werkplek. Bouw hydraulische slangen zodanig in dat er onder alle bedrijfsomstandigheden ...
Reinigen, service en onderhoud 12.3 Aanhaalmomenten bouten 19,3 Aantrekkoppel voor de wielbouten (zie hoofdstuk "Aantrekkoppel van de wielbouten", op pagina 98). Fronttank FRU/FPU BAH0084.1 06.16...
Pagina 106
Reinigen, service en onderhoud 10.9 12.9 M 8x1 M 10 16 (17) M10x1 M 12 18 (19) M 12x1,5 M 14 M 14x1,5 M 16 M 16x1,5 M 18 M18x1,5 M 20 M 20x1,5 M 22 M 22x1,5 1050 M 24 1000 1200 M24x2...
Pagina 107
Reinigen, service en onderhoud Fronttank FRU/FPU BAH0084.1 06.16...