Machine aan- en afkoppelen
58
WAARSCHUWING
Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen
trekken en stoten als de machine onbedoeld loskomt van de
tractor!
Gebruik de daartoe bestemde inrichtingen om de tractor en
machine in overeenstemming met de voorschriften aan elkaar te
koppelen.
Let er bij het aankoppelen van de machine op de
driepuntshydraulica van de tractor op dat de
aanbouwcategorieën van tractor en machine met elkaar
overeenkomen.
Gebruik alleen de bijgeleverde bouten van de topstang en
trekstang voor het koppelen van de machine.
Controleer elke keer bij het aankoppelen van de tractor of de
bouten van de topstang en trekstang zich in goede staat
bevinden. Vervang bouten van de topstang en trekstang met
duidelijke slijtagesporen.
Beveilig de pennen voor trekstangen en topstang met
lunspennen tegen onbedoeld loskomen.
WAARSCHUWING
Gevaar voor uitval van de energietoevoer tussen tractor en
machine door beschadigde voedingskabels!
Let bij het aansluiten van de voedingsleidingen op het verloop van de
voedingsleidingen. De voedingsleidingen
moeten bij alle bewegingen van de aangekoppelde machine
soepel meedraaien zonder spanning, knikken of wrijving.
mogen niet langs onderdelen schuren.
GEVAAR
De trekstangen van de tractor mogen geen zijdelingse speling
hebben, zodat de machine altijd midden achter de tractor rijdt en
niet heen en weer slingert!
De trekstang cat. II (Afb. 34/1) kan in hoogte worden versteld.
De trekstang na elke verstelling met de stelringen, die vast tegen de
houders kunnen worden gedrukt, borgen.
Fronttank FRU/FPU BAH0084.1 06.16