beschikbaar als de meting stabiel is). Er kunnen 200 records opgeslagen worden.
Druk VIEW ID om de opgeslagen waarden te bekijken (de functietoets is alleen
beschikbaar wanneer ten minste één record is opgeslagen). Door op ADD NEW te
drukken op worden de BOD-parameters weergegeven.
BOD-parameters:
• ID fles: een getal om een specifieke fles te identificeren, 0000 tot 9999.
• Type monster: monster of zaad
• Flesvolume: het totale volume van de BOD-fles, 0,1 tot 300,0 ml
• Monstervolume: het volume van het monster in de BOD-fles, 0,1 to 300,0 ml
(voor zaad is deze waarde 0,0 ml).
• Zaadvolume: het volume van het zaad in de BOD-fles, 0,0 tot 300,0 ml
Druk PREV/NEXT om een andere parameter te kiezen. Druk de pijltjestoetsen om de
gekozen parameter te wijzigen.
Druk SAVE om de BOD-parameters en de startwaarden DO, temperatuur, druk en
saliniteit voor de specifieke fles op te slaan.
Als een fles met dezelfde ID al bestaat, zal het instrument vragen om het ID te veran-
deren. Druk op REPLACE om het bestaande record te vervangen, of ESC om terug te
keren naar het vorige scherm zonder vervanging.
Wanneer een nieuwe record wordt opgeslagen zal de meter een bericht weergeven
met daarin de resterende vrije gegevensruimte in %.
Na het indrukken van VIEW ID wordt een lijst van alle opgeslagen records weergege-
ven. Bij zaadrecords wordt het symbool "*" weergegeven na het fles-ID.
Gebruik de de pijltjestoetsen om door de lijst te bladeren. Druk MORE om
gedetailleerde informatie over de gekozen record te zien.
13