Wi-Fi-instellingen aanpassen (Wi-Fi-
verbinding)
Pas de instellingen aan voor de verbinding met het netwerk waar de gekoppelde computer toe
behoort.
Voordat de camera via Wi-Fi verbinding kan maken met de computer, moet de camera zijn
geconfigureerd voor verbinding met het netwerk via de Wi-Fi-router of het toegangspunt. Er
kunnen meerdere netwerkprofielen worden opgeslagen op de camera die naar wens kunnen
worden opgeroepen. De [Wi-Fi-verbinding]-instellingen kunnen via de volgende methoden worden
aangepast:
Verbinding
maken via WPS
Verbinding
maken vanuit de
-lijst
z
Handmatig
verbinden
WPS-verbinding vereist een router of toegangspunt die/dat compatibel is met WPS.
Om verbinding te maken via WPS in de PIN-modus moet de router zelf verbonden zijn met een
beheercomputer waar de PIN kan worden ingevoerd.
Om handmatig verbinding te maken, moet u informatie hebben over het netwerk waarmee u wilt
verbinden.
De camera kan verbinding maken met de volgende typen routers of toegangspunten:
-
Standaard: IEEE802.11a/b/g/n/ac
-
Band: 2,4 GHz of 5 GHz
-
Beveiliging: WPA2, WPA3
De camera kan instellingen opslaan voor maximaal acht netwerken. De camera verbindt
automatisch met netwerken waarmee er eerder verbinding is geweest.
Configureer de camera voor automatische verbinding (P.459).
Druk op de WPS-knop van het apparaat om verbinding te maken via een
WPS-router of toegangspunt.
[PBC-methode]: maak verbinding door alleen de WPS-knop van de router te
gebruiken. De camera maakt automatisch verbinding wanneer de knop wordt
ingedrukt.
[PIN-methode]: de camera maakt verbinding in de PIN-modus. Voer de
camera-PIN in op de router om verbinding te maken.
Kies het netwerk uit een lijst (P.464).
De camera zoekt naar beschikbare netwerken. Om verbinding te maken,
selecteert u een netwerk uit de lijst en voert u het netwerkwachtwoord in.
Verbindingsinstellingen handmatig aanpassen (P.461).
Om verbinding te maken, voert u de netwerknaam (SSID) en andere instellingen
in.
458
Wi-Fi-instellingen aanpassen (Wi-Fi-verbinding)