SYSTEEMINSTELLINGEN►SYSTEEMINSTELLINGEN
Grijsbalans
U kunt de gradatie en dichtheid van kopieën aanpassen.
De dichtheid is verdeeld over 3 bereiken en u kunt het niveau van elk bereik instellen.
Densiteitaanpassing wanneer [Auto] is geselecteerd voor Belichting
Configureer de instellingen voor kopiëren als [Auto] is geselecteerd voor de kopieerbelichting. De belichting kan
afzonderlijk worden ingesteld voor kopiëren via de glasplaat of met de automatische documentinvoereenheid.
Scherpte
U kunt kopieën scherper of juist vager maken.
Prioriteit Beeldkwaliteit
Specificeer beeldkwaliteitprioriteit. Stel deze optie in voor de automatische kopieerbelichting en de instelling tekst/
afgedrukte foto.
Afdruk Afbeeldingskwaliteit
Snelle Aanpassing Afbeeldingskwaliteit
Snelle aanpassingen aan de afdrukkwaliteit aanbrengen.
U kunt de standaardinstelling ([2]) op [1 (Zacht)] of [3 (Scherp)]. zetten.
Grijsbalans
U kunt de toon en dichtheid van afdrukken aanpassen.
De dichtheid is verdeeld over 3 bereiken en u kunt het niveau van elk bereik instellen.
Belichtingsaanpassing
Stel de dichtheid van afdrukken in.
Lijndikte
Deze instelling wordt gebruikt om de lijnbreedte van vectorgrafieken aan te passen. Uitgezonderd voor CAD en andere
speciale gebruikssituaties is het normaalgesproken niet nodig deze instelling te wijzigen.
8-178