SYSTEEMINSTELLINGEN►SYSTEEMINSTELLINGEN
Apparaatnaam
De apparaatnaam opgeven die op het clientapparaat wordt weergegeven.
Deze naam is identiek aan de apparaatnaam op de pagina Machine-informatie van de status.
Registreer met Google Cloud Print
Dit wordt weergegeven als de 'Status' 'Niet ingesteld' is.
Tik op deze toets om de registratie-informatie weer te geven op het bedieningspaneel.
Open de webbrowser op uw apparaat en ga naar de URL die wordt weergegeven.
Als in uw webbrowser de aanmeldpagina voor de Google-account verschijnt, voert u de gegevens in van de
Google-account van de beheerder van het apparaat.
Volg na het inloggen de instructies op het scherm om de registratieprocedure voor de machine te voltooien.
Als de registratie voltooid is, wordt "Status" gewijzigd in "Geregistreerd".
Nadat de registratie-informatie wordt weergegeven, dient u de registratieprocedure binnen 10 minuten te voltooien. Als u de
registratie niet binnen deze periode voltooit, wordt de status "Registreren" teruggezet naar "Niet ingesteld".
Verwijder van Google Cloud Print
Dit wordt weergegeven als de 'Status' 'Geregistreerd' is.
Tik op deze toets om de apparaatgegevens te verwijderen van de Cloud-server en uit de Google
Cloudprinter-instellingen van de machine.
Registratie-URL/QR-code
Dit wordt weergegeven als de 'Status' 'Registreren' is.
Voer de URL rechtstreeks in voor registratie op het clientapparaat of scan de QR-code en ga naar de registratiepagina.
Nadat u de laatste registratie op de registratiepagina hebt voltooid, kunt u Google Cloudprinter gaan gebruiken.
AirPrint Instel.
AirPrint (Afdrukken), AirPrint (Scannen), AirPrint (Faxen)
Selecteer deze instellingen voor gebruik van de AirPrint-functies.
mDNS
Schakel mDNS in of uit. Als mDNS is uitgeschakeld, wordt de machine niet weergegeven in de lijst met printers als
AirPrint wordt gebruikt om af te drukken.
Deze instelling is gekoppeld aan [Netwerk- instellingen] → [Services instellingen] → [mDNS-instellingen] → [mDNS] in
"Instellingen (beheerder)".
IPP
Geef aan of de IPP-poort van de machine is ingeschakeld. Deze instelling is gekoppeld aan [Beveiligings- instellingen]
→ [Poortregeling] → [IPP] in "Instellingen (beheerder)".
IPP-SSL
Geef aan of de IPP-SSL-poort van de machine is ingeschakeld. Deze instelling is gekoppeld aan [Beveiligings-
instellingen] → [Poortregeling] → [IPP-SSL] in "Instellingen (beheerder)".
Servicenaam
Stel de naam in van de printer die in de toepassing wordt weergegeven als AirPrint wordt gebruikt.
Deze instelling is gekoppeld aan [Netwerk- instellingen] → [Services instellingen] → [mDNS-instellingen] →
[Servicenaam] in "Instellingen (beheerder)".
Machinelocatie
Voer de informatie in over de installatielocatie van de machine die naar de toepassing wordt verzonden als AirPrint
wordt gebruikt.
Deze instelling is gekoppeld aan de pagina Machine-informatie in de Instellingsmodus.
8-150