Effect
Selecteer d.m.v. [ ] en [ ] het gewenste
effect.
(Selecteer
• Patroon 1, 2, 3, 4, 5: Geeft
een speciaal
achtergrondmuziek weer en oefent een
effect.)
beeldverandereffect uit.
– De patronen 1 tot en met 4 gebruiken
dezelfde speciale effecten maar met
verschillende achtergrondmuziek.
Patroon 5 gebruikt andere effecten van
de patronen 1 tot en met 4.
– Door "Patroon 5" te selecteren wordt de
"Beelden" instelling naar "
veranderd en de "Tussenpauze"
instelling uitgeschakeld.
• Uit: Achtergrondmuziek wordt niet
weergegeven en geen beeldverandereffect
wordt uitgevoerd.
De huidige effectinstelling wordt in de
volgende gevallen automatisch
uitgeschakeld.
– Wanneer de "Beelden" instelling "
Alleen", "Eén beeld" of "Favorieten" is.
– Wanneer de "Tussenpauze" instelling
"MAX", een seconde of twee seconden
is.
– Wanneer de diashow naar of van een
filmbestand of een
spraakopnamebestand overschakelt.
B
4.
Selecteer d.m.v. [ ] en [ ] "Start" en druk
vervolgens op [SET] (instellen) om de diashow
te starten.
De diashow wordt uitgevoerd in overeenstemming met de
hierboven geconfigureerde instellingen.
• U kunt tijdens een diashow ook door de beelden bladeren
door op [ ] (voorwaarts) en [ ] (achterwaarts) te
drukken. Merk op dat deze bewerking niet mogelijk is
wanneer "Patroon 5" geselecteerd is voor de "Effect"
instelling.
• Om het geluidsniveau tijdens een diashow bij te stellen
alleen"
kunt u [ ] en [ ] gebruiken om het volume te regelen.
Stoppen van een diashow
Druk op [SET] (instellen). Hierdoor wordt teruggekeerd naar de
weergavemodus.
• Door op [MENU] in plaats van op [SET] te drukken wordt de
diashow gestopt en teruggegaan naar het menuscherm.
• Door op [
wordt de diashow gestopt en overgeschakeld naar de
opnamemodus.
157
] in plaats van op [SET] (instellen) te drukken
BEKIJKEN VAN FOTO'S EN FILMS