5. WERKING
Een gedetailleerde beschrijving van
de werking van de afzonderlijke
apparaten is te vinden in de des-
betreffende gebruiksaanwijzingen.
a netschakelaar: aan (I)/uit (0)
Ook als de netschakelaar op O
wordt gezet, blijven bepaalde
onderdelen (bijv. drukschakelaar,
printplaat van de stuurkast) onder
spanning staan, zodat
voorzichtigheid geboden is.
b relatieve-luchtvochtigheidsindicator
blauw = lager dan 30%
roze
= hoger dan 30%
c drukindicator:
inschakeldruk 5,5 bar en
uitschakeldruk 7,5 bar
d signaallampjes amalgaamafscheider, zie
de gebruiksaanwijzing van de DÜRR
amalgaamafscheider 9000-605-65
a
c
b
1
10
5.1 Compressoraggregaat
Het compressoraggregaat wordt via een
drukschakelaar bij een tankdruk van 5,5 bar
automatisch ingeschakeld en bij een tankdruk
van 7,5 bar automatisch uitgeschakeld.
Atmosferische lucht wordt via het aanzuig-
filter en de inlaatklep de cilinderruimte
binnengezogen.
De lucht wordt door de zuiger in de cilinder
olievrij gecomprimeerd en naar de droge-
luchtinstallatie geleid.
5.2 Droge-luchtinstallatie
Deze vochtige, gecomprimeerde en verhitte
lucht wordt door de droge-luchtinstallatie
gekoeld, gedroogd en gefilterd. Daardoor
wordt de relatieve luchtvochtigheid in de
druktank onder de 30% gehouden.
5.3 Afzuiginstallatie
De afzuiginstallatie wordt gestart via de
slangenhouder als de afzuigslang uit de
houder wordt gehaald, of door de
spittoonklep.
Als de afzuiginstallatie wordt ingeschakeld,
wordt er een vacuüm gegenereerd, dat
afhankelijk van het type afzuiginstallatie
maximaal 5 werkplekken (bij een
gelijktijdigheidsfactor van 60%) kan voorzien
van een volumestroom van 300-350 l/min.
voor de grote afzuigslang.
5.4 Amalgaamafscheider
d
De amalgaamafscheider is aangesloten op
de afvoer van de afzuiginstallatie.
De afscheider is ervoor bedoeld het water
dat uit de afzuiginstallatie komt, te ontdoen
van amalgaam en het amalgaam te
verzamelen in de opvangcassette.