Gebruikershandleiding bij het voedingssysteem
Tabel B-2
Probleemoplossingsprocedures voor de AutoPulse-batterijlader
(Pagina 2 van 2)
Symptoom
De rode storings-LED van
de AutoPulse-batterijlader
brandt.
Een of beide
indicatorlampjes van het
batterijvak branden.
P/N. 12457-004 Rev. 2
Mogelijke oorzaak
De batterij
•
is niet goed
opgeladen, of
•
heeft de prestatietest
niet doorstaan, of
•
heeft de testcyclus niet
doorstaan, of
•
heeft het einde van de
levensduur bereikt.
De AutoPulse-batterijlader
heeft een interne fout
gedetecteerd in een of beide
batterijvakken.
Aanbevolen actie
Verwijder de batterij uit de lader. Voer een controle
van de batterijstatus uit:
1.
Als de LED voor de batterijstatus rood knippert,
voldoet de batterij niet. Vervang de batterij.
Raadpleeg Paragraaf 6.2.4, "Het einde van de
levensduur van de AutoPulse-Li-ionbatterij" of
Paragraaf 6.2.5, "Het einde van de levensduur
van de AutoPulse-NiMH-batterij" voor meer
informatie.
2.
Indien er geen status-LED's branden als u op de
knop voor controle van de batterijstatus drukt, is
de statuscontrole van de batterij mislukt.
Vervang de batterij. Raadpleeg Paragraaf 6.2.4,
"Het einde van de levensduur van de AutoPulse-
Li-ionbatterij" of Paragraaf 6.2.5, "Het einde van
de levensduur van de AutoPulse-NiMH-batterij"
voor meer informatie.
3.
Als de temperatuur in een Li-ionbatterij lager is
dan 5oC, laadt deze niet op. Verwijder de batterij
uit de lader, laat de batterij opwarmen tot
kamertemperatuur (dit kan tot 3 uur duren) en
plaats de batterij terug in de lader.
4.
Als de status-LED's van de Li-ionbatterij of de
NiMH-batterij groen of geel zijn, verwijdert u de
batterij en plaatst u deze opnieuw. Als de
storings-LED van de lader blijft branden, neemt
u contact op met ZOLL.
Verwijder de batterij uit de lader. Haal de stekker van
de lader uit het stopcontact en plaats dan de stekker
weer terug. Als het indicatorlampje blijft branden (de
lader heeft de zelftest niet doorstaan), neemt u contact
op met ZOLL.
Pagina B-3