Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Voorbereidingen Vóór Inbedrijfstelling; Inschakelen Van De Pompset - Grundfos Fire NKF Installatie- En Bedieningsinstructies

En 12845
Inhoudsopgave

Advertenties

8.2 Voorbereidingen vóór inbedrijfstelling
De onderstaande acties gelden voor toepassingen met positieve
voordruk.
1. Controleer dat alle schroeven goed vast zitten.
2. Controleer dat alle leidingen en slangen correct geïnstalleerd
zijn.
3. Controleer alle elektrische aansluitingen.
4. Controleer dat alle zekeringen in de bedieningskast ingescha-
keld zijn.
5. Controleer de uitlijning van de koppeling. Zie paragraaf
6.4 Uitlijnen.
6. Controleer of de koppelingsbescherming correct is geïnstal-
leer en of alle schroeven zijn aangedraaid tot 10 Nm voor M6
en 25 Nm voor M8.
7. Controleer dat alle veiligheidsapparatuur geïnstalleerd is.
8. Zorg ervoor dat alle opslagtanks (5 en 6) en de aanzuigtank
voor de pomp (7) met water zijn gevuld.
9. Stel de drukschakelaars in conform de instructies.
Systeemdruk min 0,5 bar kan worden gebruikt als referentie-
waarde.
10. Open de isolatie-afsluiters aan de zuig- en perszijde. De stati-
sche geometrische zuigdruk van de hoofdwatertank vult de
zuigleiding, persleiding en pomp met water.
11. Sluit de isolatie-afsluiters aan zowel de zuig- als de perszijde.
8.2.1 Pompset met dieselmotor
Controleer voorafgaand aan de inbedrijfstelling
Voorzichtig
het oliepeil en het peil van het koelmiddel in de
motor.
Zie de installatie- en bedieningsinstructies van
N.B.
de dieselmotor.
1. Controleer de spanning van de V-snaar.
2. Controleer het oliepeil en vul de olie bij, indien noodzakelijk.
3. Controleer het peil van het koelmiddel en vul zo nodig koel-
middel bij.
4. Controleer of alle slangverbindingen in het koelcircuit goed
vastzitten en niet lekken.
5. Vul de brandstoftank met diesel en ontlucht de brandstoflei-
dingen.

8.3 Inschakelen van de pompset

Waarschuwing
Sommige pompsets hebben een geluidsniveau
van meer dan 70 dB(A). Zie pagina 31. Draag in
deze situaties gehoorbescherming als de pomp-
set draait.
Volg de veiligheidsinstructies op in de installatie-
N.B.
en bedieningsinstructies van de afzonderlijke
onderdelen.
Zie ook de installatie- en bedieningsinstructies
N.B.
voor de bedieningskast en de dieselmotor.
Aanvullende veiligheidsinstructies voor pompset met
dieselmotor
Waarschuwing
Verwijder de brandstofvaten uit de ruimte voordat
de pompset wordt ingeschakeld.
Waarschuwing
Brandstofdampen zijn brandbaar. Schakel de
motor niet in als er brandstofdampen in de ruimte
zijn.
Waarschuwing
Uitlaatgassen moeten veilig naar de open lucht
worden afgevoerd via het uitlaatsysteem.
Uitlaatgassen mogen niet binnen ontsnappen.
Werking zonder een rookgasafvoer systeem is
niet veilig.
Waarschuwing
De pompset mag niet worden gestart zonder kop-
pelingsbescherming.
Waarschuwing
Zorg dat niemand per ongeluk met hete rookgas-
afvoer buizen in aanraking kan komen.
Algemene procedure
1. Open de afsluiter aan de zuigzijde.
2. Controleer of de isolatie-afsluiter aan de perszijde gesloten is.
3. Open de isolatie-afsluiter van de testleiding (10).
Open de brandstofafsluiter aan de branstoftank
N.B.
en ontlucht het brandstofsysteem. Zie de installa-
tie- en bedieningsinstructies van de dieselmotor.
Waarschuwing
Brandstof die onder druk ontsnapt kan in de huid
doordringen en ernstig letsel veroorzaken.
Laat altijd de druk af voordat de brandstofleidin-
gen worden losgekoppeld. Breng pas op druk
nadat de leidingen weer goed vastzitten.
Waarschuwing
Als de pompset is aangezogen en op druk
gebracht en als de motor is ingeschakeld, contro-
leert u de pompset op lekkage van olie, water of
brandstof.
Waarschuwing
Als de motor is ingeschakeld, controleert u op
lekkage van uitlaatgassen en abnormaal harde
geluiden.
Stop de motor onmiddellijk als het uitlaatsysteem
lekt.
Vang het teveel aan brandstof op in een vat en
N.B.
voer dit af in overeenstemming met de plaatse-
lijke regelgeving.
4. Schakel de bedieningskast (4) in en start de pomp (1a).
Zie de installatie- en bedieningsinstructies van de bedienings-
kast.
5. Open de isolatie-afsluiter aan de perszijde van de pomp lang-
zaam.
6. Wanneer de pomp de werkdruk bereikt, open dan de afsluiter
voldoende ver om het werkpunt te bereiken.
7. Meet en lees de relevante bedrijfsparameters af, en vergelijk
deze met de nominale waarden.
8. Schakel de pomp uit via de bedieningskast en stel de pomp in
op automatische modus. Zie de installatie- en bedieningsin-
structies van de bedieningskast.
9. Sluit de isolatie-afsluiter van de testleiding (10).
10. Controleer of de isolatie-afsluiter aan de perszijde volledig
geopend is.
De pompset is nu operationeel en in automatische modus.
Als de pomp niet start, raadpleegt u de storings-
N.B.
indicaties op de bedieningskast en in paragraaf
13. Opsporen van storingen.
21

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave