Figuur 68 PDT-menuopties PID
Voor het instellen van de PID, volgt u de volgende stappen:
9.11.1 Monteer en configureer de druksensor
1.
Monteer de kabel van de hulpmeter volgens de instructies die worden gegeven in
de instructiehandleiding die wordt meegeleverd met het accessoire.
2.
Monteer de actieve rekstrook of actieve Pirani-meter fysiek op een gemakkelijke
poort op de proceskamer.
3.
Sluit de meter aan op de hulpmeteraansluiting op het achterpaneel. (Raadpleeg
Figuur: De regelingen/aansluitingen op de achterkant van de pomp (systeem met
achteruitlaat en zwenkwieltjes/nivelleerpoten
4.
Vanuit het menu Accessoire monteren kiest u Hulpmeter en selecteer vervolgens
de juiste meter uit de lijst.
5.
Vanuit het menu Opmaak selecteert u Procedures instellen.
6.
Vanuit het menu Procedures selecteert u PID....
7.
Vanuit het menu PID selecteert u PID-meter...
8.
Vanuit het menu PID-meter selecteert u Hulpmeter.
U kunt ook een andere meter gebruiken als PID-meter. Zie
op pagina 157.
9.11.2 Een andere meter gebruiken
Het is mogelijk om de PID-instellingen zo te configureren dat een andere drukmeter
wordt gebruikt als PID-meter.
M58800886_H - Pompdisplayterminal
gemonteerd), item 14).
Een andere meter gebruiken